Jonas Vingegaard weigert zich neer te leggen bij de huidige machtsverhoudingen. Hoewel Tadej Pogacar in de Dauphiné opnieuw zijn overmacht liet zien, blijft de Deense kopman van Team Visma | Lease a Bike vertrouwen op zijn langetermijnstrategie. Zijn herstelvermogen moet het verschil maken zodra de Tour de France zijn tol begint te eisen.
Voorafgaand aan de eerste bergrit in de Dauphiné stond Vingegaard zelfs nog vóór Pogacar in het klassement. Maar op de eerste serieuze aankomst bergop toonde de Sloveen meteen zijn suprematie. Vingegaard verloor ruim een minuut, al bleef het verschil in de twee volgende bergetappes beperkt. Pogacar leek daarbij vooral op reserve te rijden.
“Als iedereen kapot is, ben ik er nog”
Desondanks klinkt Vingegaard na afloop hoopvol. “Ik had gehoopt dat ik bij hem kon blijven toen het er echt op aankwam”, blikt hij terug tegenover TV 2 Sport. “Maar ik geloof dat mijn kracht vooral ligt in de lange, zware dagen. Juist wanneer een grote ronde zijn tol begint te eisen. Daar kunnen wij het verschil maken.”
Volgens de tweevoudig Tourwinnaar komt zijn herstelvermogen dan volledig tot zijn recht. “Aan het einde van een grote ronde ben je gewoon uitgeput. Dan is iedereen al kapot voordat de slotklim begint. Hopelijk speelt dat in mijn voordeel.”
Laatste weken in teken van hoogtestage
Ook ploegleider Grischa Niermann benadrukte na de Dauphiné dat er nog progressie mogelijk is. Toch weet Vingegaard dat Pogacar voorlopig de bovenliggende partij is. “Natuurlijk hoop ik dat hij niet beter wordt en dat ik juist nog groei richting de Tour. Maar de tijd zal het leren.”
Met nog ruim twee weken tot de start van de Tour in Lille werken beide kopmannen hun voorbereidingen verder af op hoogte. Pogacar doet dat in Isola 2000, Vingegaard kiest met zijn ploeggenoten voor Tignes. Vanaf 5 juli zal blijken of het lange adem-plan van Visma opnieuw succesvol is.