Remco Evenepoel reed een degelijke Dauphiné, maar echt sprankelen deed hij niet. De oorzaak? Onder meer een terugkerend probleem waar hij vorig jaar ook al mee kampte: een pollenallergie. Tijdens zware inspanningen raakt zijn ademhaling verstoord, met verminderde prestaties tot gevolg. Maar volgens bondsarts Kris Van der Mieren hoeft dat geen onoverkomelijk probleem te zijn. “Met de juiste aanpak is dit perfect beheersbaar.”
Pollen kost zuurstof én wattages
Drie op de tien Belgen hebben naar schatting een pollenallergie. Bij sporters kan die zich plots manifesteren door de extreme ademhalingseisen die aan het lichaam gesteld worden. “De luchtwegen raken geïrriteerd,” legt Van der Mieren uit bij HLN. “Er stroomt minder lucht en dus ook minder zuurstof naar de spieren. Dat kan een directe impact hebben op het prestatievermogen.”
Tijdens de Dauphiné gaf Evenepoel al meermaals aan niet 100% te zijn. In de laatste rit toonde hij beterschap, maar zijn allergie bleef een storend element. Zeker richting de Tour de France – waar elke seconde telt – is dat een risico. Toch blijft de medische staf van de Belgische kampioen rustig: men weet intussen wat er speelt.
Puffers toegestaan
Volgens de bondsarts zijn er meerdere oplossingen mogelijk. “Antihistaminica remmen de vrijgekomen histamine af. Daarnaast bestaan er puffers of inhalatiemedicatie, beide toegestaan door het WADA,” zegt hij. “Ze worden frequent gebruikt in het peloton.”
Evenepoel hoeft dus niet te vrezen voor een herhaling van het scenario uit de Dauphiné, als zijn team de juiste voorzorgsmaatregelen neemt. “Met een goede diagnose en preventieve behandeling is dit goed onder controle te houden,” aldus Van der Mieren.
Bij Soudal Quick-Step is men intussen bezig met het optimaliseren van zijn voorbereiding richting Tourstart in Lille. De pollenallergie mag dan wel een hinderpaal zijn, met de juiste medische begeleiding hoeft het geen excuus te worden.