Kevin De Jonghe
Afgelopen zaterdag draaide de wegrit op het WK helemaal in de soep voor de Nederlandse dames. Met name Demi Vollering was bijzonder ontgoocheld na een nieuwe kans op een wereldtitel te hebben laten glippen. Maar daar was ze ook zelf voor verantwoordelijk.
Te sterk
Zo zag ook Thijs Zonneveld, die zijn relaas deed in de podcast In Het Wiel. “Die wilde vanuit haar eigen kracht koersen, die wilde de wedstrijd zo hard mogelijk hebben. Die was er heilig van overtuigd dat ze de sterkste was en dat ze iedereen er af kon rijden als het maar zwaar genoeg was.”
“Misschien was dat ook zo, ze was een van de sterksten in de koers. Die heeft alleen maar aan zichzelf gedacht.” Dat bleek ook enkele keren. Vollering reed alle gaten toe, tot zelfs die op haar eigenlandgenotes. Zonneveld toont ook wel begrip.
“Ik snap waar het gevoel vandaan komt. Ze heeft een rotjaar gehad bij SD Worx, de belangrijkste doelen zijn net uit haar handen geglipt. Ze heeft heel vaak het gevoel gehad dat er niet vaak genoeg voor haar werd gekozen.”
Vollering collaboreert
Maar tegen je eigen landgenotes gaan rijden gaat toch wel een brug te ver. “Hoe ze Markus en Vos de nek om hebben gedraaid, totaal onnodig. Ze heeft zelf haar eigen ploeggenoten de nek omgedraaid. En ik zweer je dat het expres was, voor een deel. Ze was bang voor Vos, en ze was bang dat Markus weg zou blijven. Dat zegt ze nota bene na afloop”, wist Zonneveld te teasen.
Om meteen erna met een straffe onthulling te komen. Vollering zou immers samenwerking hebben gevraagd bij andere landen, tégen Marianne Vos. “Vollering zei iets tegen Lippert. Ik heb van twee mensen in en rond het peloton gehoord dat Vollering tegen Lippert heeft gezegd.”
“'Meerijden, anders komt Vos terug’, zouden de woorden geweest zijn. “En je ziet het moment ook. Die is gewoon als de dood dat ze moet gaan sprinten met Vos, die helemaal kapot was maar wel supersnel is.” En zo kreeg Lotte Kopecky dus toch gelijk wat betreft de Nederlandse (onbestaande) teamgeest.
