Terwijl het peloton zich opmaakt voor het Critérium du Dauphiné, werkt Tim Merlier in eigen land in alle rust aan zijn voorbereiding op de Tour de France. De Europese kampioen is vastbesloten: op 5 juli, bij de Grand Départ in Rijsel, wil hij zijn kans grijpen om de felbegeerde eerste gele trui te veroveren. Voor Merlier is het een unieke mogelijkheid die zich misschien nooit meer zal aandienen.
Geen Dauphiné, wél volle focus op explosiviteit
De renner van Soudal Quick-Step is niet van de partij in de Dauphiné, waar veel klassementsrenners zich voorbereiden op de Tour. In plaats daarvan kiest Merlier voor een programma dat beter past bij zijn profiel als sprinter. Zondag rijdt hij de Brussels Cycling Classic, gevolgd door de Antwerp Port Epic op maandag. Halverwege juni staat hij ook aan de start van de Baloise Belgium Tour. Het zijn koersen waarin hij ritme en vertrouwen op kan doen richting de Tourstart.
Het is voor Merlier zijn eerste Tourdeelname sinds 2021, toen hij meteen in de derde etappe wist te winnen. Een blessure noopte hem toen tot opgave in de negende rit. In de jaren daarna kreeg hij geen plek in de Tourploeg van zijn team, ondanks indrukwekkende prestaties. Vorig jaar liet hij echter geen twijfel bestaan over zijn waarde door drie ritten te winnen in de Giro, waaronder twee in de slopende derde week. Die prestatie heeft zijn selectie voor de Tour dit jaar ongetwijfeld veiliggesteld.
Alles op die ene kans in Rijsel
Merlier beseft dat de start in Rijsel een zeldzame mogelijkheid is om geschiedenis te schrijven. “De Tourstart in Lille is misschien de enige kans die ik krijg om de gele trui te dragen,” zei hij in een interview met Het Nieuwsblad. De openingsrit is op maat van sprinters, en met zijn explosieve kwaliteiten kan Merlier in theorie als eerste over de streep komen en het geel aantrekken.
De urgentie klinkt door in zijn woorden: volgend jaar start de Tour in Barcelona met een ploegentijdrit, en nadien lijken de kansen op geel eerder weggelegd voor punchers dan pure sprinters. Voor Merlier is het dus letterlijk nu of nooit. De motivatie is groot, en met een zorgvuldige voorbereiding in België laat hij niets aan het toeval over.
Of het hem lukt om op 5 juli in Rijsel die ene kans te verzilveren, blijft afwachten. Maar dat hij zijn pijlen volledig op die dag heeft gericht, staat buiten kijf. Tim Merlier is klaar om te sprinten voor het geel.