Met Tadej Pogacar, Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel samen aan het vertrek van het Critérium du Dauphiné, is het peloton verzekerd van spektakel. Toch is de grote vraag of deze koers echt al iets zal prijsgeven over de machtsverhoudingen richting de Tour de France. De geschiedenis leert namelijk dat succes in de Dauphiné geen garantie is voor geel in Parijs.
Historie zegt weinig, maar dit jaar is anders
Slechts één keer in de afgelopen vijf jaar wist de winnaar van de Dauphiné ook de Tour te winnen, en dat was Jonas Vingegaard in 2023. In de andere jaren werd de Franse rittenkoers eerder gebruikt als afstemmoment dan als arena voor serieuze krachtmetingen. Wielerjournalist Thijs Zonneveld plaatst dan ook kanttekeningen bij het belang van de Dauphiné. “Normaal neem ik deze koers met een korreltje zout,” stelt hij in de podcast In De Waaier. “Het blijft een rare koers om veel waarde aan te hechten.”
Toch maakt Zonneveld dit jaar een uitzondering. Want het is uitzonderlijk dat álle grote favorieten voor de Tour hier al tegenover elkaar staan. Dat maakt de Dauphiné 2025 tot meer dan alleen een voorbereidingskoers. “Door hun ego’s en hun wens om niet te verliezen, wordt dit een bijzondere editie,” aldus Zonneveld.
Pogacar wil imponeren, Vingegaard blijft kalm
Volgens Zonneveld zou de Dauphiné weleens kunnen ontaarden in een subtiele krachtmeting waarbij niemand echt wil toegeven, maar ook niemand volledig achter wil blijven. “De kans op een wedstrijdje ver pissen en ego’s meten is vrij groot.” Daarbij ziet hij Pogacar als de renner die nadrukkelijk zijn stempel wil drukken. De selectie van UAE Emirates-XRG, met klimmers als Soler en Sivakov, lijkt daar ook op gericht: imponeren is het devies.
Vingegaard daarentegen, wordt neergezet als de rustige factor in dit geheel. “Hij is waarschijnlijk het meest bereid om zijn ego te laten varen,” aldus Zonneveld. Daarmee speelt de Deen misschien wel het slimste spel: door kalm te blijven en zich niet te laten meeslepen, houdt hij de kaarten voor de Tour tegen de borst.
Of de Dauphiné dus daadwerkelijk al licht werpt op het Tourverloop, of vooral dient als podium voor bluf en psychologische spelletjes, zal komende week blijken. Eén ding staat vast: met deze drie tenoren aan de start wordt het hoe dan ook een koers om van te smullen.