Met overwinningen in de Giro d’Italia en Vuelta a España, plus een tweede plaats in de Tour de France, kende Visma | Lease a Bike opnieuw een topseizoen. Toch ziet voormalig Tourwinnaar Bjarne Riis in dat succes een zorgwekkende paradox: sportief meedraaien met de wereldtop, maar financieel steeds verder achterop raken.
LEES OOK: Visma-Lease a Bike haalt uit en slaat grote slag op transfermarkt
“Ze boksen boven hun gewicht”Volgens Riis is Visma | Lease a Bike sportief nog in staat om mee te strijden met de grootmachten, maar doet het dat met een aanzienlijk kleiner budget. “Ik geloof niet dat Visma qua financiën nog in de buurt komt van de nummer twee of drie in het peloton,” schrijft hij. “Ze zitten ver van de drie grootste teams: UAE Emirates-XRG, Lidl-Trek en Red Bull-BORA-hansgrohe.”
Riis, die in 1996 zelf de Tour won, vindt het opmerkelijk dat de ploeg ondanks die financiële achterstand blijft presteren. “Het is een team dat financieel tekortkomt, niet omdat ze geen ambitie hebben, maar omdat veel sterke renners vertrekken die ze simpelweg niet kunnen behouden.”
Daarmee doelt hij op het vertrek van onder meer Olav Kooij, Tiesj Benoot en Dylan van Baarle. “Ze hebben fors geïnvesteerd in Wout van Aert en Jonas Vingegaard, maar de schil daaronder wordt dunner. Je kunt niet iedereen betalen.”

“Ze staan financieel niet zo sterk als ze lijken”
Riis legt ook een mogelijke verklaring op tafel. “De mensen achter het team hebben veel interne sponsors aan zich verbonden – zoals Lease a Bike, onderdeel van de Pon.Bike Group, en Cervélo, een merk uit dezelfde stal. Dat lijkt efficiënt, maar betekent ook dat ze niet de cashflow hebben die ploegen met externe sponsors kunnen genereren.”
Daarmee suggereert hij dat Visma | Lease a Bike minder ‘nieuw geld’ binnenhaalt dan concurrenten met globale merken uit de luxesector of energie-industrie.
Stan Strubbe