Luke Plapp schreef zaterdag een van de knapste zeges uit zijn carrière bij op zijn palmares. De Australiër van Team Jayco AlUla reed in de achtste etappe van de Giro d’Italia na een slijtageslag van 197 kilometer solo naar de overwinning in Castelraimondo. Ploegleider Pieter Weening zag het allemaal gebeuren vanuit de wagen en wist al vroeg dat het een goede dag zou worden.
“Het was een heel snelle start”, begon Weening zijn terugblik bij Eurosport. “De plek waar de kopgroep ontstond, was behoorlijk lastig. We wisten dus meteen dat het sterke renners waren die daar wegreden. Maar we wisten ook dat Luke sterk was.” Toen Weening zijn renner opriep om niet teveel energie te verspillen, stelde Plapp hem gerust met een veelzeggende opmerking: ‘Man, ik trap door de boter.’ Weening: “Vanaf dat moment wisten we dat hij echt goed was.”
Beslissende demarrage, geen risico’s in finale
Aan de voet van de laatste gecategoriseerde klim zette Plapp alles op alles. “Kelderman en Ulissi gingen vroeg aan. Wij zeiden tegen Luke dat hij het als een tijdrit moest aanpakken: vol naar boven, en dan maar zien wat er bovenop gebeurt. Aan de top had hij al een voorsprong van vijftien, twintig seconden. En hij hield het helemaal vol tot aan de streep.”
Ook op de klimmetjes in de laatste kilometers hield Plapp niets in. “We riepen hem op om vol door te rijden bergop, want in de afdalingen kon hij telkens een beetje herstellen. De laatste vijf, zes kilometer hebben we het iets rustiger gedaan. Geen risico’s meer. We wilden op zeker spelen en die overwinning veiligstellen.”
Bouwman: “Luke zei meteen dat hij heel goed was”
Jayco AlUla had met Koen Bouwman nog een tweede renner mee in de oorspronkelijke kopgroep. De Nederlander wist al vroeg dat zijn ploeggenoot goed zat. “Het was een superzware dag. Ik denk dat we pas na 85 kilometer echt wegreden. Iedereen was helemaal kapot toen we eindelijk in de kopgroep zaten. Luke zei meteen dat hij heel goed was, en ik voelde meteen dat ik dat niet meer was. Dus super dat hij wint.”
Volgens Bouwman was het een typische Giro-rit waarin de vlucht álles kreeg. “Dit was zo’n etappe waarin iedereen wist: vandaag kan de vlucht het wél halen. Na zeven dagen waarin ze geen kans hadden, zei elke ploeg in de bus: dit is de dag. En dat zag je ook terug in hoe de koers openbrak.”