Jumbo-Visma domineerde de Vuelta a Espana compleet. Na de baaldag van Remco Evenepoel kon er niemand de Nederlandse succesformatie nog stokken in de wielen steken, al had het bestuur van de Jumbo's wel hun handen vol.
Want geen van beide kopmannen, Primoz Roglic en Jonas Vingegaard, stond in Madrid op het hoogste trapje. Wel superknecht Sepp Kuss, geflankeerd door z'n twee teamgenoten. In de podcast Open Vizier legt sportief directeur Merijn Zeeman hoe het er achter de schermen aan toe ging.
“In de rit naar de Angliru ging alles weer zoals we wilden. Ze bleven met z’n drieën over en onze laatste tegenstander was weg. Dat was het moment waar het niet goed liep. Sepp kon niet volgen en toen was het geen teamwork meer. Daar hadden ze bij elkaar moeten blijven”, steekt Zeeman van wal.
SAMEN WINNEN
Een groot verschil met het motto van Jumbo-Visma: 'Samen Winnen'. “Die avond hebben we acht man aan tafel gezet en heb ik gezegd: “Dit is gebeurd en ik heb hier mijn idee bij, maar ik vind het belangrijker wat jullie ervan vinden. Waar staan wij voor? Zijn wij de ploeg die we zeggen te zijn, of denken jullie er anders over?”"
Iedereen leek opnieuw op dezelfde golflengte te zitten, maar niks was minder waar. "Zeven man waren unaniem over de einduitslag. Primoz had het daar moeilijker mee, maar hij heeft zich toch aan het geheel gecommitteerd en hij zei vervolgens ook dat Sepp op hem kon rekenen.”