Tadej Pogacar heeft opnieuw duidelijk gemaakt dat 2026 geen half werk wordt. De Sloveen maakte al kenbaar dat de Tour, het WK en de voorjaarsklassiekers bovenaan zijn lijst staan, maar één koers lijkt harder dan ooit aan hem te trekken: Parijs-Roubaix. Zijn recente acties in Noord-Frankrijk tonen dat het menens is — en vormen tegelijk een opvallende waarschuwing richting Mathieu van der Poel, de man die vorig jaar zijn droom op de kasseien dwarsboomde.
LEES OOK: Naesen komt met stevig advies voor Evenepoel: "Blijf daar weg!"
Roubaix blijft knagenAfgelopen voorjaar hield één vraag de wielerwereld wekenlang bezig: zou Pogacar starten in Parijs-Roubaix? Hij speelde met het idee, verkende het parcours en begon zelfs agressief aan de wedstrijd. Wie erbij was, herinnert zich hoe hij meerdere keren versnelde en zich samen met Van der Poel losmaakte van de rest.
Tot het noodlot toesloeg. Op minder dan veertig kilometer van Roubaix ging de wereldkampioen onderuit na een verkeerd ingeschatte bocht. Een fietswissel volgde, maar Van der Poel was gevlogen.
Pogacar finishte ontgoocheld in het Vélodrome — en liet meteen verstaan dat dit verhaal voor hem nog niet ten einde was. Die teleurstelling lijkt nu juist brandstof geworden te zijn. Pogacar wil de kassei die hij miste en dat laat hij zien ook.

Vroege verkenning als signaal
Deze dinsdag dook Pogacar opnieuw de hel in — niet die van Gran Canaria, maar de échte Hel van het Noorden. Samen met Tim Wellens, Florian Vermeersch en Nils Politt trok hij door een ijskoud Noord-Frankrijk voor een uitgebreide verkenning.
Op Strava verscheen later het bewijs: een rit van 164 kilometer waarin het viertal zowat elke iconische sector had meegenomen. Cysoing à Bourghelles, Bourghelles à Wannehain, Camphin-en-Pévèle en zelfs de gevreesde Carrefour de l’Arbre.
Stan Strubbe