Wout van Aert heeft dit seizoen meer dan eens zijn meerdere moeten erkennen in een sterke renner en trekt daaruit zijn conclusies.
Zilver op het WK in Glasgow, 3e in Roubaix, 4e in de Ronde van Vlaanderen... 2023 was voor Wout van Aert het seizoen waarin het allemaal een beetje tegenviel. Hij boekte wel enkele knappe resulaten, maar zijn zegeteller staat slechts op vier overwinningen. In de grote rondes wist zijn team Jumbo-Visma wél te scoren.
Hoe komt het dat Van Aert keer op keer net tekort komt op de grote afspaken? "Dat is een goede vraag. Ik heb er zelf ook al ook nagedacht", vertelt hij in een openhartig interview met Het Nieuwsblad. "Maar misschien praten we heel anders over dit onderwerp als ik in Roubaix niet lek rijd."
Harde conclusie
"Maar het klopt dat we in de Monumenten vaak op iemand botsen die net sterker is. Op Mathieu van der Poel of Tadej Pogacar. Op Remco in Luik." Van Aert trekt dan ook een hare conclusie. "Misschien zijn die mannen een tikkeltje getalenteerder in die extreem lange eendagswedstrijden.”
Te veel hooi
Analisten stellen dat Van Aert soms teveel hooi op zijn vork neemt. Zo reed hij zich in de Tour bijvoorbeeld helemaal leeg, terwjil Van der Poel in het hooggebergte vooral met het WK bezig was. "Dat is zeker iets om naar te kijken. Als ik goeie benen heb, ben ik vaak gretig en maak ik ook mee koers."
"Maar degene die wint is vaak degene die het open durft te breken.eens er een schifting is gemaakt. Het klopt wel dat ik zuiniger moet zijn als er een schifting wordt gemaakt", aldus Wout van Aert.