Mats Buelinckx
Mark Cavendish pakte woensdag uit met een knappe derde plaats in de Scheldeprijs. De Britse renner van Astana Qazaqstan Team bewees op 35-jarige leeftijd dat hij nog steeds een plaats heeft bij de top van het peloton, al twijfelen ze bij Wielerclub Wattage of hij ooit het legendarische record van Eddy Merckx kan breken.
Zowel Cavendish als Merckx wonnen in hun carrière maar liefst 34 etappes in de Tour de France. De 'Manx Missile' neemt dit jaar opnieuw deel aan de Ronde van Frankrijk nadat hij vorig jaar uit de selectie van Soudal-Quick Step werd gelaten. Het is echter nog maar de vraag of de Britse sprintbom erin kan slagen die illustere 35ste Touretappe op zijn palmares kan schrijven. "Van de 3e plek in Schoten naar een ritzege in de Tour is een grote stap. Maar 2 jaar geleden heeft hij ons ook verrast. Al zie ik dat nu eigenlijk niet gebeuren", redeneert Jan Bakelants.
"Het lastige parcours in de eerste Tour-etappes zal zijn tol eisen. En Jasper (Philipsen, red.) zal daar voordeel uit halen en frisser zijn", gaat Bakelants verder, die ook denkt dat Astana niet sterk genoeg is om mee te doen voor de ereplaatsen. "Ik denk dat Cavendish in zijn ploeg niet genoeg ondersteund is om in de Tour-sprints voor de eerste prijs mee te doen."
85 PROCENT
Tom Boonen deelt die mening. Cavendish werd in 2021 bij Quick Step nog ondersteund door toppers als Morkov en Ballerini, dat is bij Astana toch net iets minder. "Het zou een huzarenstukje zijn als hij een Tour-rit wint. De 4 Tour-sprints die hij 2 jaar geleden won, waren voor 85 procent te danken aan zijn ploeg en 15 procent aan hemzelf. Cavendish had toen een van de sterkste lead-outs die ik al gezien heb in mijn carrière. Maar als je die lead-out niet meer hebt en je moet je plan trekken én je bent zelf als renner wat minder goed, dan wordt het heel moeilijk."
