Zo goed als hij zijn seizoen was begonnen, zo stroef loopt het nu voor Eli Iserbyt. Dat het de laatste weken wat minder gaat heeft echter wel een duidelijke reden: pijn in de rug, en daardoor uitstralingen naar zijn linkerbeen. Het valt te vrezen dat deze problemen nog wel even zullen aanhouden.
“Mijn been hinkt precies altijd een beetje achterop. Dat is geen leuk gevoel. Bij elke pedaalstoot moet ik zeggen ‘hup, hup, hup’ en mentaal goed bij de zaak blijven. Dat vreet energie”, klonk het daarover afgelopen weekend bij Iserbyt, die een behandeling met cortisone of een operatie (voorlopig) uitsluit. Zo blijven er enkele de extra spierversterkende oefeningen nog over, en hopen dat het snel zal beteren.
Maar daar heeft Iserbyt wel zijn twijfels bij, zo zei hij tegenover Wielerflits. “Ik weet niet hoe snel het beter gaat gaan. Je verwacht altijd zo snel mogelijk, maar misschien moet ik mij twee, drie of vier weken de tijd geven. Je wil het beste van jezelf tonen. De Wereldbeker en de X2O Trofee kan ik nog winnen, de Superprestige wordt iets moeilijker. Het is zaak om schade te beperken", vreest hij toch enigszins voor de rest van zijn seizoen, dat dus nog zo goed was begonnen.
MENTAAL MOEILIJK
Zo zijn er de fysieke problemen waarmee de renner moet kampen, maar die brengen ook mentale moeilijkheden met zich mee, zegt Iserbyt. “Er zijn ergere dingen in het leven, maar sportief gezien is het niet tof. Het vergt veel mentaal. Alles komt dan bij elkaar. Maar ik krijg veel steun van de ploeg, de teammanager en mijn omgeving. Daar trek ik mij toch aan op. Je moet geduld hebben en dan kan ik floreren in betere tijden. Het kan nog slechter, dat weet ik, maar ik hoop wel dat het snel beter zal gaan.”
“Mijn been hinkt precies altijd een beetje achterop. Dat is geen leuk gevoel. Bij elke pedaalstoot moet ik zeggen ‘hup, hup, hup’ en mentaal goed bij de zaak blijven. Dat vreet energie”, klonk het daarover afgelopen weekend bij Iserbyt, die een behandeling met cortisone of een operatie (voorlopig) uitsluit. Zo blijven er enkele de extra spierversterkende oefeningen nog over, en hopen dat het snel zal beteren.
Maar daar heeft Iserbyt wel zijn twijfels bij, zo zei hij tegenover Wielerflits. “Ik weet niet hoe snel het beter gaat gaan. Je verwacht altijd zo snel mogelijk, maar misschien moet ik mij twee, drie of vier weken de tijd geven. Je wil het beste van jezelf tonen. De Wereldbeker en de X2O Trofee kan ik nog winnen, de Superprestige wordt iets moeilijker. Het is zaak om schade te beperken", vreest hij toch enigszins voor de rest van zijn seizoen, dat dus nog zo goed was begonnen.
MENTAAL MOEILIJK
Zo zijn er de fysieke problemen waarmee de renner moet kampen, maar die brengen ook mentale moeilijkheden met zich mee, zegt Iserbyt. “Er zijn ergere dingen in het leven, maar sportief gezien is het niet tof. Het vergt veel mentaal. Alles komt dan bij elkaar. Maar ik krijg veel steun van de ploeg, de teammanager en mijn omgeving. Daar trek ik mij toch aan op. Je moet geduld hebben en dan kan ik floreren in betere tijden. Het kan nog slechter, dat weet ik, maar ik hoop wel dat het snel beter zal gaan.”