WN Redactie
Jarno Widar maakt in 2026 de sprong naar de WorldTour en krijgt meteen een pakket dat voor menig gevestigde prof ambitieus zou zijn. De 20-jarige Belg bevestigt in Het Laatste Nieuws dat hij in zijn debuutseizoen zowel de Vuelta a España als twee Monumenten zal rijden.
LEES OOK: Van der Schueren ziet zijn levenswerk instorten: “Een drama, jong”
Monumentale start van het voorjaarVoor Widar begint het avontuur al vroeg. “Normaal gezien rijd ik in het voorjaar de Strade Bianche, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik”, zegt hij. De kans is aanwezig dat daar ook de Amstel Gold Race bijkomt, al hangt dat af van zijn vorm na de Ronde van het Baskenland. Widar ziet het als een ideale leerschool in koersen waarin een explosieve klimmer meteen getest wordt.
Vuelta wordt eerste grote ronde
Daarna volgt het echte werk: zijn debuut in een grote ronde. Widar wordt meegenomen naar de Vuelta a España, waar hij drie weken lang moet ontdekken hoe zijn lichaam reageert op het hoogste niveau. “Het wordt een ontdekkingstocht. Ik kijk er heel hard naar uit, we kunnen alleen maar dromen en ons best doen.”
De Vuelta moet hem klaarstomen voor een slotstuk dat opnieuw historisch aanvoelt: zijn eerste deelname aan de Ronde van Lombardije, een van de zwaarste en meest prestigieuze eendagskoersen voor klimmers.
Palmares dat om promotie schreeuwde
De overstap naar de nieuwe fusieploeg van Lotto en Intermarché-Wanty (ijs en weder dienende) komt na twee dominante jaren bij de beloften. Widar won onder meer de Giro Next Gen, de Alpes Isère Tour, de Ronde de l’Isard, Luik-Bastenaken-Luik U23, ritten in de Tour de l’Avenir en twee keer de Giro della Valle d’Aosta. Begin oktober werd hij bovendien Europees kampioen bij de U23.
Het is een cv dat weinig talenten kunnen overleggen en dat hem meteen een profprogramma oplevert dat volledig in lijn ligt met die status.
Nieuwsgierig, ambitieus en realistisch
Widar benadrukt dat hij vooral wil leren en voelen waar zijn limieten liggen. “Ik ben heel nieuwsgierig. Het wordt allemaal nieuw. Maar ik heb vertrouwen in de voorbereiding en in het team.”
Met een Monumenten-debuut, een grote ronde en een reeks heuvelklassiekers staat Widar voor een overgangsjaar dat tegelijk een vuurproef én een kans is. Eén ding maakt hij wel duidelijk: hij staat te popelen.
