Matthijs Klerkx
Arnaud de Lie was niet de meest vooruitgeschoven naam om Belgisch kampioen te worden, maar hij klopte alles en iedereen in Zottegem.
Vanaf de kop was er geen houden aan 'De Stier'; De Lie tekende de vierde zege van zijn seizoen op. Een jaar dat voorlopig bol stond van de miserie. Na enkele tegenslagen in het voorjaar werd de ziekte van Lyme geconstateerd. "Ik trainde een uur en mijn benen voelden aan alsof ik net 300 kilometer had gereden", aldus De Lie tegen Het Laatste Nieuws.
Stoppen met koersen
Hoewel de focus lag op de Omloop Het Nieuwsblad, E3 Saxo Classic en Gent-Wevelgem, kwamen de resultaten niet. "In Harelbeke was ik slecht, in Gent-Wevelgem nog veel slechter. Toen vroeg ik me af: 'Arnaud, wat doe je nou nog op een fiets?' Iedere renner kent dat gevoel."
"Ik heb er echt aan gedacht om te stoppen, ja. Later zei ik tegen mezelf: 'Arnaud, bijt op je tanden.' Het plezier kwam terug, ik ging een week naar Nice en dat was plezant. In won in Famenne en het vertrouwen kwam terug", blikt De Lie terug op een donkere periode. "Nu ben ik Belgisch kampioen, dat is toch ongelooflijk?"
De optimale opsteker, kort voor zijn grootste avontuur tot nu toe: de Tour de France. "Ik heb me ook tijdens het BK vragen gesteld, vaak de verkeerde. Koersen is mentaal. Of ik ritten heb aangestipt in de Tour? De achtste, naar Colombey-les-deux-Églises, moet me wel liggen. Ik heb niet echt een doel en bekijk het dag per dag. De Tour is nieuw, dus té veel vertrouwen is ook niet goed."
