De laatste jaren komen teams met steeds meer nieuwe foefjes om tijdritten van hun kopmannen zo gestroomlijnd mogelijk te laten verlopen. De laatste nieuwigheid - eentje die dit jaar veel te zien was - wordt echter meteen ongedaan gemaakt door de UCI.
De eerste keer dat we het serieus te zien kregen, was begin dit jaar bij Filippo Ganna: INEOS-Grenadiers zette de volledige ploegleiderswagen die achter de wereldkampioen (op dat moment) tijdrijden reed vol met reservefietsen, niet alleen die van Ganna zelf. Dit om zoveel mogelijk windstroom van boven de auto weg te nemen voor de Italiaan en hem zo een aerodynamisch voordeel te geven ten opzichte van de concurrentie.
Wat ook gebeurde: de ploegleiders gingen steeds dichter achter hun poulains rijden. Dat is nu verleden tijd, want de UCI heeft een nieuwe regel ingesteld waarbij ploegleiders 15 meter afstand tussen de voorzijde van hun auto en de achterzijde van de gevolgde wielrenner moeten houden. Hoe ze dit gaan opvolgen, is nog niet bekend.
Ook komen er wat extra nieuwe zaken bij: voor de tijdritfietsen gaan nieuwe te respecteren afmetingen gelden, al naargelang de grootte van de tijdrijder in kwestie. Bovendien zijn ze bij de Internationale Wielerunie bezig om pinloze rugnummers te maken, zodat renners ze zelf niet meer op hoeven te spelden en de aerodynamica ook in wegritten wordt verbeterd. Van individuele en ploegentijdritten is het al geweten dat de renners de rugnummers in een zakje mogen steken.