Ooit botsten ze hard in de Benelux Tour, binnenkort moeten ze schouder aan schouder prestaties leveren: Gianni Vermeersch en Remco Evenepoel worden in 2026 ploegmaats bij Red Bull-BORA-hansgrohe. De overgang van Vermeersch na negen jaar bij Alpecin-Deceuninck is op zichzelf al opvallend, maar de hernieuwde confrontatie met Evenepoel maakt het verhaal pas echt interessant.
LEES OOK: Roodhoofts zorgen voor immense frustratie bij crosspubliek
Een oud conflict dat blijft nazinderenDe Benelux Tour van 2021 staat bij velen nog fris in het geheugen. Vermeersch wijzigde zijn lijn, Evenepoel reed op zijn achterwiel en verloor bijna een minuut. De Soudal-Quick-Step-renner ontplofte na de rit en ging publiekelijk verhaal halen. Vermeersch reageerde destijds koel: volgens hem had Evenepoel vooral zichzelf te verwijten.
Nu de twee zich plots in dezelfde kleedkamer bevinden, kwam het incident onvermijdelijk opnieuw op tafel. Tijdens de eerste teambuilding van hun nieuwe ploeg dook het onderwerp op, maar niet in een gespannen context. Vermeersch vertelt in La Dernière Heure dat ze er vooral om konden lachen. Het conflict dat destijds voor breuklijnen zorgde, is nu herleid tot een anekdote.

“Remco weet dat ik gelijk had”
Ondanks de ontspannen sfeer blijft Vermeersch pal achter zijn standpunt staan. “Ik blijf erbij dat ik niets fout heb gedaan,” benadrukt hij. Volgens zijn eigen analyse handelde hij binnen de grenzen van het koersgedrag, en was Evenepoel toen nog minder ervaren in dit soort situaties.
Vandaag, met enkele jaren en talloze koersen extra in de benen, zou Evenepoel volgens hem anders naar de situatie kijken. “Met zijn ervaring van vandaag denk ik dat Remco weet dat ik gelijk had,” zegt Vermeersch. Dat vertrouwen typeert de renner: geen twijfel, geen spijt, wel de overtuiging dat het ooit verhitte moment intussen achter hen ligt.
Of het duo straks vlekkeloos zal samenwerken binnen Red Bull-BORA-hansgrohe, moet nog blijken. Maar één ding hebben ze alvast gemeen: het verleden vormt geen obstakel meer voor de toekomst, zo lijkt het na hun eerste ontmoeting.
Stan Strubbe