Wout van Aert heeft nooit behoefte gehad aan grote woorden. Zijn overwinningen spraken altijd voor zich, zijn nederlagen ook. Maar na de donkere maanden van 2024, waarin hij twee keer zwaar ten val kwam en zijn toekomst als topsporter even onzeker leek, had hij zichzelf iets te bewijzen. Niet aan de buitenwereld, maar aan de man die hij was vóór de klappen, de operaties, de stilte. En in 2025 deed hij dat. Niet met een wereldtitel of een monument, maar met twee ritzeges die meer zeiden dan eender welke trofee. De ene in het stof van Toscane, de andere op het natte plaveisel van Parijs.
LEES OOK: Del Toro heeft bijzonder eind van 2025 in gedachten
Siena – waar alles weer begonHet was 18 mei 2025, de negende etappe van de Giro d’Italia. De koers voerde over de witte wegen van Toscane, een eerbetoon aan de Strade Bianche, met finish op het iconische Piazza del Campo in Siena. De lucht was blauw, het stof hing zwaar boven de grindstroken, en de lentezon deed de lijnen in het asfalt trillen. Van Aert zat van bij de start goed, zoals vroeger. Waar hij in 2024 nog op de grond lag, reed hij nu vooraan, brutaal, zelfverzekerd, alsof de oude motor weer aansloeg.
Op de steile Via Santa Caterina, waar de kasseien glommen van stof en zon, zette hij Isaac Del Toro in diens hemdje. De laatste meters reed hij als een komeet naar de finish, hoofd naar beneden, de handen vermoedelijk vol grindresten, maar met die typische rechte rug van iemand die weet dat hij zijn plek heeft terugveroverd. Op het plein waar duizenden toeschouwers stonden te juichen onder de Toscaanse blauwe hemel, tilde hij de armen hoog. Hij keek naar de lucht en kneep zijn ogen dicht. De emoties kwamen later, bij het interview.
“Deze overwinning betekent veel voor mij,” zei hij, en zijn stem trilde net genoeg om te verraden wat die woorden écht inhielden. Sinds zijn val in Dwars door Vlaanderen, een jaar eerder, had hij getwijfeld aan alles: zijn reflexen, zijn lef, zijn lichaam. De maanden van revalidatie, de onzekerheid over zijn start in 2025, het gemis van ritme en vertrouwen – het hing allemaal in dat ene moment waarin hij weer won zoals hij dat vroeger deed: op kracht, maar vooral op karakter. De ploegleiding van Visma | Lease a Bike sprak zachtjes en tussen neus en lippen door van een “verlossing”. Voor Van Aert voelde het eerder als een bevestiging dat vallen niet het einde hoeft te zijn.
Van Toscane naar Parijs
De zege in Siena bleek geen eindpunt, maar een voorbode. Ruim twee maanden later, in de Tour de France, volgde het tweede hoofdstuk van zijn wederopstanding. De organisatie had iets gewaagds gedaan: de laatste etappe zou niet eindigen in een traditionele sprintersfinale, maar via een nieuw parcours met de beklimming van Montmartre, door de smalle straten van Parijs, over kasseien die op zondag 28 juli nog nat waren van een zomerse bui. Het was een rit die smeekte om drama. En Van Aert gaf het precies dat.
Vanaf de eerste keer Montmarte zat hij mee in de sterke ontsnapping. De gele trui van Pogačar controleerde, het publiek brulde bij elke doortocht. Toen de regen opnieuw begon te vallen, veranderde het decor in chaos: glijdende wielen, haperende schakelingen, zenuwachtige gebaren van ploegleiders in de volgwagens. Op de laatste beklimming, met uitzicht op de Sacré-Cœur, plaatste Van Aert zijn demarrage.
Het was geen aanval vol explosie, maar een lange, constante versnelling. Hij reed weg bij zijn metgezellen, keek niet meer om en dook als eerste de bocht in naar de finishstraat. De klok tikte, de camera volgde zijn schaduw over het natte plaveisel, en toen hij over de streep kwam, met negentien seconden voorsprong, was het niet enkel een ritzege: het was symboliek in zuivere vorm.
De stilte na het gejuich
Op de Champs-Élysées, met de Montmartre-heuvel nog in zicht, sprak hij dezelfde woorden als in Siena, maar met een glimlach die nu rustiger was. “Ik ben trots,” zei hij. “Na vorig jaar heb ik zeker lastige momenten gekend. Maar dit... dit is waarom je blijft fietsen.” Het klonk niet als een statement, eerder als een verzuchting, de opluchting van iemand die de angst heeft doorstaan en beseft dat de liefde voor de sport sterker is dan de pijn die het brengt.
Zijn seizoen 2025 was niet het meest winnende uit zijn carrière, maar het meest menselijke. Hij reed selectiever, en koos zijn momenten met zorg. Geen drang meer om alles te bewijzen, alleen nog de wil om op de fiets te zijn, op zijn manier. De ploeg was veranderd, net als hijzelf. Visma | Lease a Bike was niet direct de perfect geoliede machine die alle records brak, maar een team dat opnieuw moest leren omgaan met kwetsbaarheid. En dat paste Van Aert beter dan ooit.
De renner en de mens
De beelden uit Siena en Parijs vertellen het hele verhaal zonder woorden. In Toscane de strijd, de lente, de rauwe ontlading. In Parijs de elegantie, het vakmanschap, de glimlach van iemand die weet dat hij het weer kan. Samen vormen ze de contouren van een renner die dit seizoen nodig had om weer te worden wie hij altijd al was: iemand die koers maakt met zijn hart.
Misschien wint Wout van Aert nooit de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix, de koers van zijn dromen. Misschien maakt dat niets meer uit. 2025 heeft hem iets gegeven dat zeldzamer is dan overwinningen: gemoedsrust. De wetenschap dat vallen niet het tegenovergestelde is van vliegen, maar er soms gewoon een noodzakelijk deel van vormt.