Het was een van de meest krankzinnige ontknopingen van een koers ooit: de Amstel Gold Race van 2019 leek een tweestrijd te zijn tussen Julian Alaphilippe en Jakob Fuglsang, maar Mathieu van der Poel ging met de zege aan de haal. Hoe kon dat allemaal?
Het is 21 april 2019. De zon schijnt in Nederlands Limburg en het is tijd voor de Amstel Gold Race. Aan de start staan heel wat grote namen: Peter Sagan, Greg Van Avermaet, Philippe Gilbert, Julian Alaphilippe, Alejandro Valverde en Michal Kwiatkowski – om er maar een paar te noemen.
Tussen deze namen prijkt op de startlijst ook die van Nederlands kampioen Mathieu van der Poel. Hij die Parijs-Roubaix niet reed, zijn ploeg was immers niet uitgenodigd, maar de week daarvoor in de Ronde van Vlaanderen opzien baarde.
De veelbesproken val en nog veel vaker genoemde comeback deden de wielerwereld versteld staan en men is dan ook maar wat benieuwd hoe de dan tweevoudig wereldkampioen cross het in de heuvels zal doen; het was voor Nederland immers van 2001 geleden dat met Erik Dekker nog een landgenoot ‘hun thuiskoers’ had gewonnen.
Besmette organisator
Sterker nog: Nederland heeft dan al tien jaar lang geen kanshebber voor de zege in de Gold Race gekend. Michael Boogerd is al een hele poos geen renner meer en Karsten Kroon en Robert Gesink laten zich zelfs ringeloren door trage slak Serguei Ivanov.
Na jarenlang krampachtig vasthouden aan renners als Gesink, Bauke Mollema – die wel twee grote eendagskoersen wint in zijn carrière maar nooit op afspraak is in de Ardense Triple, Wilco Kelderman en Tom Dumoulin heeft Nederland dan eindelijk weer een renner die misschien wel de belangrijkste koers in eigen land kan winnen.
Koersorganisator Leo van Vliet, dan al bekend als notoire koersvervalser. De op Curaçao wonende ex-wielrenner is jarenlang organisator geweest van de Amstel Curaçao Race, een snoepreisje voor Nederlands’ belangrijkste wielrenners – met af en toe een Belg ertussen.
In 2012 geeft hij heel opzichtig de zege cadeau aan Nederlands kampioen Niki Terpstra, die lokaal kampioen Marc de Maar in extremis klopt en niet lijkt te snappen waar Terpstra de schandalig hoge snelheid in volle finale vandaan haalt.
En hier de beelden van de Amstel Curaçao Race van 2012. De Maar reed hier 47 per uur: pic.twitter.com/rwocmtUAPs
— Thijs Zonneveld (@thijszonneveld) April 17, 2023
Verkeerde versnelling
In 2019 is alles voor koersland Nederland anders. Van der Poel heeft op de woensdag voor de Gold Race de Brabantse Pijl op zijn naam geschreven, door in de spurt in Overijse niemand minder dan Michael Matthews en Alaphilippe – misschien wel de topfavoriet voor de Amstel – te kloppen.
VDP heft dus een wapen: zijn eindschot. Toch weerhoudt het de Nederlandse driekleur, voorzien van witte broek, er niet van om op de Gulpenerberg aan te vallen. Enkel Gorka Izagirre sluit aan en eens ze beneden zijn en de grote weg opdraaien, ziet de Nederlander de nutteloosheid van zijn aanval in.
Het betekent wel dat zijn punch weg is als op de volgende heuvel, de Kruisberg, Dries Devenyns de koers openbreekt en Alaphilippe vervolgens op de Eyserbosweg zijn fusée afschiet. Van der Poel is niet mee en lijkt een verloren koers te rijden. De Franse koploper rijdt samen met Jakob Fuglsang namelijk een grote voorsprong bijeen.
Bezoekje van de baas
In de finale lijkt het voor de zege dus te gaan tussen de Fransman en de Deen. Daarachter zijn Kwiatkowski, Matteo Trentin en Maximilian Schachmann bezig aan een driestrijd voor de laatste podiumplek.
Achter hen ligt alles in stukken en brokken. Mollema rijdt ergens, Simon Clarke heeft ook nog een plaatsje in de koers en daarachter volgt kort voor de Bemelerberg afscheiding: Romain Bardet, Alessandro De Marchi, Björg Lambrecht en Valentin Madouas krijgen de Nederlands kampioen mee. Dat alles op anderhalve minuut van het kopduo.
Bovenop de Bemelerberg komt ineens de wagen van koersdirecteur Van Vliet piepen bij de twee vooraan. De voorsprong doorgeven, instructies geven? We zullen het nooit weten. Het enige wat we weten, is dat die auto daar niet hoeft te zitten. De renners weten perfect dat ze voor de zege rijden.
Er volgt dan nog één strook waarop het verschil gemaakt kan worden: vals plat op zo’n twee kilometer van de streep. Nadat Fuglsang eerst de aanval verkiest op een kleine vijf van de meet, besluit de Deen amper nog samen te werken met Alaphilippe. Die onderhoudt een rustig tempo, maar ruim genoeg om de tegenstand op afstand te houden.
Spielbergesque scenario
Vanaf kilometer 3,2 – de groep Van der Poel rijdt dan nog op een minuut en vijftien seconden achterstand – tot aan kilometer 2,5 komt de groep van de Nederlander niet in beeld. Uit het niets duikt het vijftal op bij Mollema en Clarke, die even daarvoor nog 15 seconden voorsprong had. Het nieuwe zevental weet zich omringd door een colonne aan motoren zoals je in de belangrijkste Vlaamse koersen ook steevast ziet.
Intussen vallen Alaphilippe en Fuglsang bijna stil. Er is immers met een halve minuut op Trentin-Kwiatkowski, net iets meer op Schachmann en een minuut op de groep Van der Poel geen vuiltje aan de lucht. Terwijl de Duitser bij de Pools en Europees kampioen komt, valt Kwiatkowski aan. Zijn achterstand op de twee koplopers op dat moment: 26 tellen.
Bij een volgend camerashot zit de groep Van der Poel ineens op de hielen van de drie achtervolgers, terwijl ze daarvoor een kleine anderhalve minuut buiten beeld zijn geweest. Het gat van een kleine halve minuut op een hard doorrijdende Kwiatkowski, Schachmann en Trentin is op anderhalve minuut tijd gedicht.
Het verdere verloop is bekend: Fuglsang en Alaphilippe houden de benen volledig stil, Kwiatkowski komt erbij en de slotkilometer der slotkilometers volgt. Mathieu van der Poel wordt inderdaad de eerste Nederlandse winnaar sinds Erik Dekker in 2001 en de manier waarop kan zelfs in het meest bizarre scenario nog niet omschreven worden door Steven Spielberg.
Gedroomde winnaar
Hoewel de superlatieven natuurlijk niet gevonden kunnen worden voor de afloop van deze koers, is er ook een deel van de wielervolgers dat denkt dat het in Nederlands Limburg allemaal niet is verlopen zoals het moet. Echter valt dat deel natuurlijk in het niet bij zij die zich vooral de krankzinnige zege van Van der Poel zullen herinneren.
Tegenover Sporza doet Van Vliet zijn verhaal. Van Vliet, die vorig jaar slecht in het nieuws kwam. Twee zaken had hij enorm fout gedaan in de Gold Race: topfavoriet en gedroomde winnaar Tadej Pogacar mocht voor de Kruisberg van fiets wisselen bij de ploegleiderswagen van UAE Team Emirates, terwijl de achtervolgers op nog geen halve minuut zaten. Normaal een no go voor de wedstrijdjury, deze keer werd het oogluikend toegestaan.
Eens Pogacar weg was en richting een nieuwe solozege ging, kwam achter hem Ben Healy op stoom. De Ier werd echter door niets minder dan de wagen van koersdirecteur Van Vliet zelf van de zege gehouden; die bleef kilometers lang voor de Sloveense koploper te rijden om hem een aerodynamisch voordeel te geven. Wellicht was de afloop ook zonder deze hulp hetzelfde geweest, maar het was bijzonder amateuristisch.
Van Vliet blikte met Sporza voorafgaand aan zijn laatste keer als koersdirecteur terug op 2019. “Jezus, wat was dat allemaal in die finale”, aldus de flamboyante koersbaas. “Op 3 kilometer van de streep had Van der Poel nog 1 minuut en 3 seconden achterstand op Alaphilippe en Fuglsang, dat heb ik zelf nagemeten.”
”Normaal heb je 3 knechten nodig om dat gat te dichten, maar Van der Poel deed dat in zijn eentje”, gaat Van Vliet terug naar die bijna niet te verklaren koerssituatie. Geeft hij daarmee zelf min of meer toe dat hij het verkeerd heeft aangepakt? Dat zal niet, want Van Vliet is de laatste die zichzelf in de spiegel kijkt.
Dat deed hij vorig jaar immers ook niet, toen hij vooraf sprak over ‘gedroomde winnaar Pogacar’ en er – mede – eigenhandig voor zorgde dat dit ook zo uitkwam. Zijn gedroomde winnaar voor komende zondag steekt hij tegenover Sporza alleszins al niet onder stoelen of banken: “De laatste keer dat een Nederlander in de regenboogtrui mee reed in de Gold Race, was Joop Zoetemelk in 1986. Toen was ik zelf nog renner.”
”Ik denk dat elke organisator ervan droomt dat de wereldkampioen wint”, aldus Van Vliet. De manier waarop de koersdirecteur in 2019 alle toegestroomde pers werkelijk aan de kant gooide om kersvers winnaar Van der Poel een innige omhelzing te geven – iets wat we nog amper zagen in de wielersport – spreekt boekdelen: al zal Matje het niet nodig hebben, Van Vliet is er zondag alles aan gelegen om opnieuw Van der Poel als winnaar te hebben.