Zo is Pogacar bijvoorbeeld onder de indruk van de versnelling die Van der Poel in de benen heeft. “Ik heb het vorig jaar van dichtbij meegemaakt in de Ronde van Vlaanderen en twee weken geleden nog in Milaan-Sanremo. Als Mathieu een tien is, dan ben ik maar een zes of zo. Hij is bijna onklopbaar als hij z’n versnelling kan uitspelen, hij trekt op als de beste”, klinkt het in HLN.
Al kijkt hij zeker ook naar Van Aert. “Als het over versnellen vanuit het zadel gaat op klimmetjes zoals in de Ronde van Vlaanderen, dan vind ik Van Aert de beste.”
VAN AERT DE VERSTANDIGSTE
Als het gaat over slim koersen vindt hij zichzelf soms ‘een domme’ coureur, iets wat hij ook al zag bij Van der Poel. Pogacar vindt Van Aert daarin slimmer. “Hoh, ook hij maakt niet altijd de verstandigste keuzes, hoor. Ik vind Van Aert veel slimmer in zijn manier van koersen. Weet je: je hebt zoiets of je hebt het niet. Met ervaring kun je er beter in worden, maar alleen tot op een bepaalde hoogte.”
