"Of ik deze winter ook nog ga veldrijden? Nee, dat staat niet op de planning. In het veld zul je mij normaal niet zien", zegt de Belgische met een lach op haar gezicht. Lotte Kopecky reed de vorige twee seizoenen telkens enkele veldritten en deed dat zeker niet onaardig. Maar in het seizoen 2022/2023 past ze voor een uitstap naar de cyclocross.
In 2021 behaalde Kopecky zelfs zilver op het BK na ex-wereldkampioene Sanne Cant. Maar haar keuze is begrijpelijk. De Belgische heeft er een heel lang seizoen op de weg opzitten, nadien nog eens gevolgd door succesvolle kampioenschappen op de piste. Ook nog eens beginnen crossen na een zwaar en vermoeiend seizoen, dat ziet ze niet zitten.
Met naast twee wereldtitels op de piste ook nog een zilveren medaille op het WK op de weg en prachtige overwinningen in de Strade Bianche en de Ronde van Vlaanderen, is Kopecky toegetreden tot de absolute wereldtop. Een positie die ze graag wil vasthouden: "Mijn hoger is alleen maar groter geworden", vertelde ze in gesprek met Sport/Voetbalmagazine.
GEEN ROBOTS
Maar bij topprestaties, komen ook hogere verwachtingen van buitenaf. "Ik besef dat heel goed, maar ik ben me er ook van bewust dat ik niet elk jaar de Ronde of de Strade zal kunnen winnen, en al zeker niet allebei in hetzelfde seizoen. Ik ga gewoon proberen om deze winter nog sterker te worden, zodat ik opnieuw in topconditie aan de start van het nieuwe seizoen kan verschijnen.
"En ik denk dat de media ook wel weten dat ik niet elk jaar de Ronde en de Strade zal winnen. Ik hoop althans dat ze volgend jaar toch een beetje normaal doen en ook niet té veel verwachten. Er bestaat nog altijd geen gouden formule om met super benen op één bepaalde dag aan de start te komen. We zijn geen robots hé", probeert Kopecky de verwachtingen wat te temperen.