Isaac Del Toro heeft zaterdag op de mediadag van UAE Emirates XRG zijn programma voor 2026 toegelicht. De 22-jarige Mexicaan kiest nadrukkelijk voor een leerjaar in de schaduw van Tadej Pogacar en zal komend seizoen onder meer zijn debuut maken in de Tour de France. “Het idee is om zo snel mogelijk en zo veel mogelijk van Tadej te leren”, vertelt Del Toro. “Dat is goed met het oog op de toekomst.”
Toen Del Toro zijn kalender bekendmaakte, viel meteen op dat hij in een aantal grote koersen aan de zijde van Pogacar zal starten. De UAE Tour, Strade Bianche en Milaan-San Remo staan bij beiden op het programma, al bleek later dat hun seizoenen niet één op één overlappen. Waar Del Toro richting de Tour de France toewerkt via het Critérium du Dauphiné, kiest Pogacar in 2026 voor de Ronde van Zwitserland.
LEES OOK: Profwielrenner kondigt afscheid aan
Waarom Tour en geen Giro?De keuze om na zijn bijna Giro-zege niet terug te keren naar Italië, maar juist de Tour te rijden, is voor Del Toro bewust gemaakt. “Het gaat mij erom dat ik de koers beter leer kennen”, legt hij uit. “De Tour is de wedstrijd die ik als kind altijd al wilde rijden. Ik denk dat het goed is om dat nu te doen, juist om te leren. Ook al kom ik er niet als kopman, ik moet er wel klaar voor zijn.”

Del Toro benadrukt dat zijn rol binnen de ploeg duidelijk is. “Als team wil je meerdere kaarten hebben en de koers hard kunnen maken. Dat past bij mij. Ik weet niet of het een wens van Tadej was dat ik erbij zou zijn, dat moet je aan hem vragen. Maar ik zie het als een kans om ervaring op te doen op het allerhoogste niveau.”
Daarnaast krijgt de Mexicaan ook ruimte in andere wedstrijden. “Mijn programma overlapt deels met dat van Tadej, maar er zijn genoeg koersen waar ik mijn kansen kan pakken. In de UAE Tour rijd ik bijvoorbeeld met Jay Vine, en ook in Tirreno-Adriatico en het Baskenland zal ik met sterke ploeggenoten starten. Ik kijk daar echt naar uit.”
Bescheiden blik op de toekomst
De suggestie dat Del Toro wordt klaargestoomd als opvolger van Pogacar, pareert hij met een glimlach. “Wie wil Pogacar niet opvolgen?”, lacht hij. “Maar ik wil mezelf geen druk opleggen. Op een dag zou ik graag zijn niveau halen, maar dat is geen vanzelfsprekendheid.”
Del Toro typeert zichzelf nog altijd als bescheiden. “Ik zie mezelf niet als de volgende superster. Daar ben ik te nuchter voor. Er zullen in de toekomst veel sterke concurrenten zijn en ik zal hard moeten blijven werken om met hen te kunnen wedijveren.” Wel merkt hij dat er iets is veranderd sinds zijn bijna Giro-overwinning. “Dit jaar heb ik geleerd om meer in mezelf te geloven. Dat wil ik vasthouden. Hard werken, blijven leren en vooral blijven genieten.”
WN Redactie