Er leek een groots plan op tocht om reeds nu al wielerhelden als Mathieu van der Poel of Wout van Aert aan een olympische medaille te kunnen helpen in het veldrijden. Die droom lijken zij – en daarbij de ganse crosswereld - echter al snel weer te mogen opbergen.
LEES OOK: Cross zonder Van Aert & Van der Poel? 'Hij zit er niet op te wachten'
Een verzwakkingHet klonk immers dat veldrijden in 2030 deel zou kunnen gaan uitmaken van de Olympische Winterspelen. Maar daar willen De Olympische Winterfederaties (de WOF) een stokje voor steken. “Wij zijn van mening dat de toekomst van de Olympische Winterspelen niet gebaat is bij fragmentarische voorstellen, zoals de opname van niet-olympische disciplines van de Olympische Zomersportfederaties op de Winterspelen.”
Zo luidt de duidelijke tegenkanting tegen de toevoeging van onder meer het veldrijden op de Olympische Winterspelen. “De Olympische Winterfederaties zijn er vast van overtuigd dat een dergelijke aanpak het merk, de erfenis en de identiteit die de Olympische Winterspelen uniek maken, zou verwateren.”
Ook IOC-bestuurder Ivo Ferriani is is een negatieve mening toegedaan: “Innovatie moet zich richten op de ontwikkeling van bestaande wintersporten om een breder publiek en een bredere deelname te trekken, en tegelijkertijd de aantrekkingskracht van de Olympische Winterspelen te vergroten”, aldus de Italiaan.

Krabben achter de oren
Tot slot weet ook Max Cobb, secretaris-generaal van de International Biathlon Union, het plan te kelderen: “Als het superpopulaire sporten waren, zouden ze al op het programma van de Zomerspelen staan en dat is niet het geval”, oordeelt de Amerikaan. “Maar er was niemand die dacht: ‘Oh, wat een goed idee.’ We krabben ons eerlijk gezegd allemaal achter de oren...”
Een olympische titel voor Van der Poel, Van Aert of Thibau Nys in het veldrijden? Zeker die eerste twee lijken die droom te mogen opbergen, gezien ze in 2030 sowieso al 36 jaar zouden zijn. Het zou voor Van Aert en Van der Poel nochtans een perfecte afsluiter kunnen betekenen van hun carrière. Maar velen staan duidelijk niet te springen om hen een gedroomd afscheid te bezorgen.
Kevin De Jonghe