Romain Bardet was woensdag héél dicht bij een emotionele ritzege in zijn allerlaatste grote ronde. De 34-jarige Fransman van Picnic-PostNL was de sterkste klimmer van de vroege vlucht in de zeventiende etappe van de Giro d’Italia, maar moest in de finale zijn meerdere erkennen in Isaac Del Toro. Die denderde in de slotkilometers naar beneden alsof zijn leven ervan afhing.
Deze rit aangestipt
Bardet had zijn zinnen gezet op de rit naar Bormio. Het was zijn laatste echte kans op een ritzege in zijn slot-Giro, en dat wist hij al vóór de start. “Daarom had ik me gisteren ook gespaard,” vertelde hij na afloop aan Sporza. “Ik had vertrouwen in mijn benen en was goed voorbereid. We kregen niet veel ruimte van het peloton, maar ik voelde me sterk.”
De Fransman kwam als eerste boven op Le Motte, de laatste klim van de dag. In het steile werk maakte hij indruk, maar in de afdaling kwam het gevaar uit onverwachte hoek: Del Toro en Carapaz, twee mannen uit het klassement, kwamen terug en knalden vol door richting Bormio.
“Ik geloofde er nog in, tot die ene bocht”
Ook toen de klassementsmannen naderden, gaf Bardet zich niet gewonnen. “Ik had het parcours volledig bestudeerd,” zei hij. “De laatste kilometers waren technisch, en ik wist: wie de laatste bocht als eerste neemt, wint. Ik geloofde er nog in.”
Maar Del Toro dacht daar anders over. De Mexicaan vloog met duizelingwekkende snelheid naar beneden. “Carapaz verloor zijn wiel toen Del Toro de bochten indook. Hij nam ze echt als een crimineel. De weg begon nat te worden, het was echt impressionant. Hij pakte vijf meter, en het was meteen gedaan.”
Voor Bardet blijft het een wrange nasmaak. Zijn laatste kans op een rit in een grote ronde glipte weg in de regen, ondanks een meesterlijke voorbereiding en bergrit. Of er nog kansen komen? “Moeilijk. Maar ik geef me niet zomaar gewonnen. We zien wel wat er nog mogelijk is.”