Arne Marit is een van de grote Belgische revelaties in deze Giro d'Italia. De jonge Belg van Intermarché-Circus-Wanty reed al eens als vierde en als tiende over de streep in de Italiaanse grote ronde, maar droomt van meer. Vandaag krijgt het een reuzenkans aangeboden in een etappe dat hem op het lijf geschreven is.
Marit oogde enthousiast voor de start van de zeventiende etappe. De rit richting Caorle daalt alleen maar en is dus ideaal voor sprinters. Amper 300 hoogtemeters over een parcours van 197 kilometer, dat moet de 24-jarige Belg wel afkunnen. “Het wordt belangrijk om langs de kust al goed voorin te zitten. Daar zullen we Laurenz Rex al moeten gebruiken omdat het echt een sterke beer is. Daarna wordt het belangrijk om positie te houden in de vele bochten richting de laatste rechte lijn”, aldus Marit aan Sporza.
"In een ideaal scenario gaat Niccolò Bonifazio aan net na de laatste bocht, waarna het aan mij is om eruit te komen. Sprinten is altijd een beetje op goed geluk. Het ging in deze Giro vaak heel goed tot de laatste bocht, waarna het vloeken was. Op een dag zal het wel eens allemaal juist vallen en daar moeten we vanuit gaan.”
LEES OOK: Visma gokt: opvallend verschil tussen Pogacar en Vingegaard
SPRINTZEGEMarit droomt van ritwinst in de Giro. Niet slecht, zeker niet als je weet dat de Belg zijn debuut maakt in een grote ronde. Als hij vandaag wil winnen zal hij wel sterker moet zijn dan topper als Cavendish en Milan. “Voor mij is Milan de sterkste sprinter in deze Giro. Hij is zeker niet onklopbaar, want in de eerste sprint kwam ik toch nog vlot terug op hem. Daar trek ik mij aan op. Als we bij hem in de slipstream zitten, wordt het kwestie van timen met de wind tegen.”