Het staat in de sterren geschreven dat we vrijdag opnieuw een duel krijgen tussen de drie grote tenoren van het peloton: Mathieu van der Poel, Tadej Pogacar en Wout van Aert. Vorig week ging eerstgenoemde met de bloemen lopen na een fenomenale uitspatting in Milaan-Sanremo.
Zelfs de mensen die op de eerste rij zaten – met name Van Aert – waren onder de indruk van de prestatie van Van der Poel. “Ja, ik vond zijn aanval echt wel indrukwekkend. Zeker ook door de manier waarop hij het nadien volhoudt tot de finish. We hebben in de afdaling en op het vlakke nog echt geprobeerd. Het is niet dat het stilviel of er nog andere jongens terugkwamen. Maar hij reed alleen maar verder weg. Dat zegt iets over zijn huidige conditie”, klonk het vandaag immers lovend op zijn persconferentie.
Heeft hij zelfs dan iets fout gedaan? Zat hij bijvoorbeeld niet te ver bij de start van de Poggio? Van Aert bekijkt het realistisch. “Ach, uiteraard waren er dingen die beter konden. Ik had iets dichter de Poggio moeten opdraaien, wat me wellicht vlotter in de slipstream van Ganna en Pogacar had kunnen brengen. Dat was fout. Maar Mathieu reed indrukwekkend sterk. Met overschot. Die had ik zelf niet. Sowieso had ik zijn aanval nooit kunnen beantwoorden.”