Tadej Pogacar wist onze afgelopen zondag nogmaals het antwoord te geven op de vraag wie momenteel de beste renner ter wereld is. De Sloveen maakte in de WK-wegrit gehakt van de concurrentie. Al was er volgens Thijs Zonneveld wel even een ambetant moment voor Pogi.
LEES OOK: Analist uiterst kritisch voor Evenepoel: “Als een kleuter”
Persona non grataDe Nederlandse journalist stipte bij In De Waaier evenwel meteen aan hoe groot Pogacar intussen is geworden. “De beste renner ooit, zonder twijfel", deed Zonneveld er immers nog een schepje bovenop. "Als je 27 bent en je hebt dit al gewonnen en je doet het op deze manieren. Het moet allemaal tegenzitten wil hij zichzelf voorbij rijden. Hij doet dit zonder heel diep te hoeven gaan.”
Pogacar speelde volgens Zonneveld met de concurrentie, ook met Remco Evenepoel. Bij zijn versnelling op Mount Kigali kon er in eerste instantie nog één iemand volgen: Juan Ayuso. Lang duurde dat niet, en dat zal de Sloveen zeker niet erg hebben gevonden, zo denkt de Nederlander.
"Voor Pogacar de ergste die erbij kon zijn. Hij heeft hem eindelijk uit de ploeg gewerkt. Pogacar heeft een pesthekel aan hem”, wikte hij zijn woorden niet. “Net als heel veel anderen bij UAE, overigens. Dat uitgerekend hij dan de enige is die kan volgen. Ik denk dat Pogacar daar echt wel van baalde."
Harde taal voor Evenepoel
Lang duurde het verhaal van Ayuso evenwel niet, en ook Evenepoel moest buigen voor Pogacar. Letterlijk zelfs, bij die bewuste fietswissel. Iets waar Zonneveld behoorlijk geïrriteerd door was. “Die jongen is een wandelende soap. Je krijgt goede tijden, slechte tijden in één wedstrijd. Alle emoties komen voorbij.”
“Elke keer als de druk hoog wordt, gebeurt dit soort dingen en gedraagt hij zich als een kleuter. Ik zou als ploeggenoot en mecanicien af en toe helemaal klaar zijn met hem”, klonk het hard. Hij heeft een probleem met tegenslag, maar kan er dan vervolgens ook weer overheen komen”, sloot Zonneveld dan toch af op een positieve noot.