Wout van Aert heeft gereageerd op de onverwachte kritiek die werd geuit door Trine Marie Hansen, de vrouw van kopman Jonas Vingegaard, over het leiderschap binnen Visma | Lease a Bike. Volgens haar zou de ploeg zich exclusief moeten scharen achter haar echtgenoot in plaats van – zo wordt tussen de regels door gesuggereerd – ook ruimte te geven aan persoonlijke ambities van anderen, zoals Van Aert. De Belg reageert diplomatiek, maar duidelijk: “Het is jammerlijk dat, dat zo verschenen is.”
Lees ook: Plan Van Aert in de prullenbak: wat is er loos?
OnrustHet interview met Politiken, waarin Trine zich afvraagt of haar man wel voldoende wordt ondersteund door zijn ploeg, zorgde voor onrust aan het begin van de derde Tourdag. “Natuurlijk is dat ook tot bij ons gekomen, en we hebben gelezen wat er gezegd is,” aldus Van Aert. “We hebben er goed over gesproken binnen het team. Iedereen weet wat ze aan me hebben en het is voor ons altijd duidelijk hoe we de koers aanpakken. Jonas weet dat ook, en bij hem speelt dit totaal niet.”
De Belg onderstreept dat het succes van de ploeg juist voortkomt uit het feit dat er meerdere doelen tegelijk worden nagestreefd. “We hebben als team bewezen dat je én etappes kan winnen én een klassement kan rijden. Het is jammer dat de publieke perceptie soms anders is, zeker als dat komt vanuit de omgeving van een van onze kopmannen.”
Geen topbenen voor Van Aert, maar vertrouwen blijft
Wat de sportieve kant betreft, kijkt Van Aert met gemengde gevoelens terug op de eerste twee ritten. Zondag werd duidelijk dat hij zich nog niet op zijn gebruikelijke niveau bevindt. “Ik had er echt een doel van gemaakt om in de finale mee te zijn, maar ik was gewoon niet goed genoeg. Dat is teleurstellend. Ik ben niet waar ik wil zijn,” aldus de negenvoudig ritwinnaar in de Tour.
Van Aert wijt zijn verminderde vorm aan de buikgriep die hem vorige week nog dwong om het Belgisch kampioenschap te missen. “Ik had gehoopt dat dat achter de rug zou zijn, dat ik me vanaf dag één goed zou voelen. Maar ik moet vaststellen dat ik nog niet op mijn gebruikelijke niveau zit.” Toch blijft hij optimistisch: “Ik herstel goed en ik ga ervan uit dat het elke dag beter wordt. We zullen zien hoe het verder evolueert.”
Ondanks de discussies over zijn rol in de ploeg en de fysieke achterstand, benadrukt Van Aert dat hij elke kans die zich voordoet zal aangrijpen. “Ik start elke etappe met het idee om ervoor te gaan. Als ik mijn dag heb, kan er veel. Daar blijf ik op hopen.”