Zondag is het eindelijk tijd voor wat voor velen dé wielerwedstrijd van het jaar is: de Ronde van Vlaanderen. Bij menig Vlaming of Belg is het vooral hopen dat Wout van Aert straks aan het langste eind zal trekken. Lukt dat bij zijn vijfde deelname aan Vlaanderens Mooiste?
De prijzen worden pas verdeeld aan de meet en die vraag kan dan ook pas zondagavond worden beantwoord. Maar het is toch o zo leuk om er nu al over te speculeren. Voorafgaand lijken Mathieu van der Poel en voornamelijk Tadej Pogacar weliswaar een streepje voor te hebben op onze landgenoot. Zij toonden in het verleden al de loodzware hellingen met vooral de Oude Kwaremont en Paterberg toch iets beter te kunnen verteren. Dat bleek afgelopen vrijdag nog in de E3 Saxo Bank Classic. Uit die wedstrijd vielen echter ook voldoende positieve punten te halen voor Van Aert.
Bovendien is ook niet zo dat de Ronde geen spek naar de bek is van de Kempenaar. Ook dat leerde het verleden ons al. Bij zijn debuut in 2018 – toen nog bij Vérandas Willems-Crelan – werd Van Aert bijvoorbeeld prompt negende. Een topresultaat gezien zijn onervarenheid in grote koersen destijds. In 2020 greep hij dan weer net naast de winst na een ijzingwekkende sprint tegen Van der Poel. Wij zoeken alvast naar redenen waarom Van Aert dit jaar wél op het hoogste schavotje kan eindigen.
JUMBO-INVINCIBLE
Althans, zo lijkt het toch. De Nederlandse brigade toonde zich in de voorgaande grote klassiekers alvast onoverwinnelijk. De Omloop, Kuurne, E3, Gent-Wevelgem en zelfs Dwars door Vlaanderen; het ging allemaal in de tas van Jumbo-Visma. En het waren niet enkel de uiteindelijke overwinningen die het zo indrukwekkend maakten. In elke koers toonden ze zich oppermachtig en waren ze volledig in controle. Vervolgens lijken hun renners zo sterk dat ze altijd iets meer over hebben dan de rest van het peloton.
Het mag dan ook duidelijk zijn dat dit een enorme troefkaart is voor Van Aert. Daar waar Pogacar en Van der Poel toch iets meer geïsoleerd zitten qua ploegsterkte. Daarmee willen we echter zeker niet zeggen dat zij er helemaal alleen zullen voorstaan. Maar dat Van Aert over de sterkste ploeg beschikt, staat als een paal boven water.
CHOUCHOU VAN VLAANDEREN
Dat Van Aert immens populair is hoeven we u niet meer duidelijk te maken. In alle kranten, op televisie: als het over wielrennen gaat, gaat het over Wout van Aert. Dat hij zo op de voet wordt gevolgd zal ongetwijfeld weleens steken bij de renner – de anonimiteit is immers volledig weg – maar het kan ook grote voordelen bieden. Zoals komende zondag.
Een percentage kunnen en/of zullen we er niet op kleven, maar wees er maar zeker van dat het overgrote deel van de fans langs de kant zondag één iemand willen zien winnen: die Belg in het geel. En dan hebben we het niet over Nathan Van Hooydonck of Tosh van Der Sande. In de E3 op de Oude Kwaremont zagen we al dat die dolle fans een renner bijna letterlijk omhoog kunnen stuwen. Van Aert stond daar op barsten, mede door het publiek weigerde hij dat ook effectief te doen.
VERTROUWEN OP 100
Nu we toch terug bij die E3 zijn aanbeland: daar heeft Van Aert nog een extra portie aan vertrouwen getankt. Uiteraard ook in Wevelgem waar hij de concurrentie volledig aan flarden reed, maar misschien toch nog iets meer twee dagen eerder. We hadden het eerder in dit stuk al over het feit dat hij zich de mindere toonde op de klimmetjes maar hij knoopte uiteindelijk wel aan met de zege, zijn tweede overwinning op rij in Harelbeke.
Dat deze winst een extra boost kan geven heeft alles te maken met het feit dat Van Aert daar afrekende met zijn mede-kanjers Van der Poel en Pogacar, meer dan waarschijnlijk ook zijn grootste concurrenten in de Ronde.
STERKSTE SPRINT
Daarmee komen we meteen bij het punt waarin de renner van Jumbo-Visma zich onderscheidt van zijn twee grootste rivalen voor Vlaanderens Mooiste. Toch alvast indien Van Aert de klimmetjes zonder (al te veel) averij weet te ronden. En dat is uiteraard zijn sprint. In de E3 bleek dat – als hij er een machtssprint van weet te maken – er eigenlijk geen maat op hem kan staan.
In 2020 liep het nog fout tegen Van der Poel in de Ronde, maar daar zag Van Aert achteraf al snel in wat hij fout had gedaan. Zo had hij immers vroeger moeten aangaan (zo’n 250m van de streep), om het sterkste wapen van de meer explosieve Van der Poel te neutraliseren. Na een wedstrijd als de Ronde kan ook vermoeidheid evenwel een rol gaan spelen.
PIEK
Van Aert staat ook te boek als een renner die alles piekfijn afweegt en analyseert. Uiteraard dus ook het programma dat moeten worden gevolgd om tot een piek te komen op het gewenste moment. Dat durfde de voorbije jaren door allerlei omstandigheden al eens te mislukken, dit jaar lijkt dat niet aan de orde. Nog meer dan anders deelde Van Aert zijn programma zo in dat hij komende zondag en de week erna in Parijs-Roubaix op zijn absolute top zit.
Afgaande op zijn prestaties in de E3 en Wevelgem vorige week, lijkt hij daar behoorlijk goed in geslaagd te zijn. Naar de Ronde toe kan er mogelijk zefs nog een tikkeltje bij, al zal dat uiteraard niet veel meer zijn.