Analist snoeihard: “Hij is een varken op de fiets, oprotten!”

Jonathan Milan won zaterdag op indrukwekkende wijze de massasprint in rit acht van de Tour de France. Maar niet iedereen was onder de indruk. In de nabespreking van de eerste Tourweek in De Kopgroep – de wielerpodcast van NPO Radio 1 – haalde ex-renner en analist Maarten Ducrot keihard uit naar de Italiaanse sprinter van Lidl-Trek. Zijn gedrag in de sprints? “Ongehoord en gevaarlijk.”

LEES OOK: Wielerwereld verliest andermaal iconisch figuur

“Ik word helemaal gek van die Milan”

Volgens Ducrot stapelen de incidenten zich op. “Ik word helemaal gek van die Milan. Ik vind het een varken,” klonk het zonder omwegen. De oud-renner wees onder meer op de val van Jasper Philipsen bij de tussensprint in rit drie. “Hij heeft een treintje met Consonni en Theuns. Die komen van achteren en beuken alles opzij. Daardoor gaat Philipsen tegen de grond. En dan rijdt Milan doodleuk door.”

Ook de valpartijen in de finale van diezelfde rit schrijft Ducrot voor een deel toe aan de agressieve sprintstijl van Lidl-Trek. “Consonni duikt in een gat, Milan rijdt er gewoon langs, duwt iemand tegen zich aan – en dan zit Meeus vast tussen Groenewegen en hemzelf. Je kan je bijna niet verdedigen tegen zo’n tank.”

“Hij moet begrensd worden”

Zelfs bij zijn overwinning afgelopen zaterdag kon Milan op weinig sympathie rekenen. Ducrot: “Hij zet Van der Poel gewoon aan de kant. De grootste technicus in het peloton! Die weegt 80 kilo en gaat gewoon twee meter opzij.”

Op dat moment bereikt Ducrot zijn kookpunt. “In mijn tijd had hij niet eens mee kunnen sprinten. Dan hadden we hem bij z’n zadel gepakt: ‘Oprotten jij!’ Vierendelen die gast, uit de koers halen. Wat is dit voor een gelul.”

Hoewel hij zichzelf nadien wat corrigeert – “Ik maak dingen groot, mensen zullen zich eraan ergeren” – blijft zijn boodschap helder. “Wat Milan doet, dat kan gewoon niet. Hij maakt sprints nog gevaarlijker. Hij is 2 meter groot en 3 meter breed, daar kan je niet tegen duwen. Hij heeft een fysiek voordeel, maar er moeten grenzen komen. Anders loopt het eens écht verkeerd af.”