Met nog drie wedstrijden te gaan, naderen we helaas het einde van het wielervoorjaar. Dat stond alweer bol van de animo, en die hopen we zondag in Noord-Frankrijk opnieuw te krijgen. Dat zal vermoedelijk geen probleem worden, want zo weet Parijs-Roubaix zelden of nooit te ontgoochelen. Al zeker niet als Vlaanderens lieveling, Wout van Aert, dan toch van de partij zal zijn.
Bovendien krijgen we voor het eerst in drie jaar nog eens een Helleklassieker in de lente. In 2020 werd de wedstrijd omwille van covid afgelast, een jaar later werd ze om dezelfde reden uitgesteld naar oktober. Parijs-Roubaix wordt al verreden sinds 1896, en is het parcours sindsdien amper of niet veranderd. Kilometers aan kasseien is wat de wedstrijd zó typerend maakt, met enkele stroken die als muziek in de oren klinken. In het Bos van Wallers kan een eerste keer worden uitgepakt, waarna er nog 19 kasseistroken volgen. Op het einde krijgen de renners onder meer ook nog Mons-en-Pévèle en Carrefour de L’Arbre voorgeschoteld. In totaal staan er 30 kasseistroken – of secteurs pavés - op het menu. In de vélodrome van Roubaix mag de winnaar dan triomfantelijk worden onthaald.
De Hel van het Noorden mag dan wel in Frankrijk liggen, de wedstrijd heeft desondanks toch een aanzienlijk Belgische tint. Zo kwamen er in het verleden al tal van landgenoten als eerste over de streep in Roubaix. Philippe Gilbert was in 2019 nog de laatste, Tom Boonen en Roger De Vlaeminck bezitten zelfs het recordaantal overwinningen met elk vier stuks. Laatstgenoemde hield er zelfs zijn bijnaam ‘Monsieur Paris-Roubaix’ aan over. Kan Wout van Aert straks in hun voetsporen treden? Of weet Yves Lampaert zijn ‘Weg naar Roubaix’ succesvol af te ronden, en zo meteen ook het voorjaar van Quick Step Alphavinyl enigszins te redden?
FAVORIETEN
Die vragen brengen ons alvast naadloos bij het lijstje der favorieten, al moeten we daar toch – vader Adrie ongetwijfeld ten spijt – starten met een andere naam. Zo lijkt Mathieu van der Poel immers opnieuw de te kloppen man. De Nederlander kan na zijn winst in De Ronde ook voor de befaamde dubbel zorgen. Iets waar amper tien renners over gans de historie van beide wedstrijden zijn in geslaagd. Tom Boonen – alweer hij – en Fabian Cancellara pleegden dit kunststukje zelfs tot tweemaal toe. Van der Poel was vorig jaar al dichtbij de zege, maar bleek hij net niet voldoende meer in de tank te hebben om Colbrelli (en Vermeersch) af te houden.
Wout van Aert zag vorig jaar sterretjes in de epische moddereditie van Roubaix, die we dit jaar niet zullen krijgen. Het wordt droog weer, en zullen de kasseien er ‘snel’ bij liggen. Meer naar de zin van Van Aert, die na zijn covid-besmetting dus zijn rentree maakt in het peloton. Uiteraard wordt het afwachten hoe hij dit zal verteren, maar een renner van zijn kaliber kan je maar beter nooit onderschatten. Het is evenwel moeilijk om te stellen dat hij bij de grote favorieten op winst behoort, al doen we dit tóch. Grotendeels op basis van gevoel lijken we de renner van Jumbo-Visma toch een bepalende rol te mogen toedichten. Zoniet, kan hij nog steeds van grote dienst blijken voor Christophe Laporte, een man die al een uitstekend voorjaar kende.
Voor Yves Lampaert zou een kassei een eerste wielermonument uit zijn carrière betekenen. Één waar hij al járen van droomt, en in 2019 ook dichtbij kwam. In de editie die Gilbert won, kwam de sympathieke West-Vlaming als derde over de streep. Intussen blijft Parijs-Roubaix steeds het hoofddoel van het voorjaar van Lampaert, en valt het te vermoeden dat hij ook zondag opnieuw met de besten zal meegaan. Lampi kan ook op steun rekenen uit de eigen stal, al zijn Kasper Asgreen en Florian Sénéchal tegelijkertijd ook rivalen op de eindwinst. Voor Quick-Step is het alvast één van de laatste kansen om hun voorjaar alsnog wat glans te geven.
Als we aan Parijs-Roubaix denken, dan denken we aan grote motoren. En zo hebben we er de laatste weken wel wat in actie gezien in Vlaanderen. Mads Pedersen bijvoorbeeld, die zijn voorjaar volledig had afgestemd op De Ronde en Roubaix. Stefan Küng is zo’n andere hardrijder. De Zwitser heeft zich een hele verzameling aan ereplaatsen bij elkaar gefietst, tijd om ook zelf eens op het hoogste schavotje te staan zou je dan denken. Ook Filippo Ganna heeft van de helleklassieker zijn grote doel gemaakt. De Italiaan kan ongemeen hard tekeer gaan, en heeft bovendien een sterk Ineos-blok achter zich. Daar rijden met Dylan Van Baarle, Michal Kwiatkowski, Ben Turner en Magnus Sheffield nog enkele kandidaat-winnaars rond.
Voorts lijken we ook zeker rekening te moeten houden met Nils Politt. De Duitser van Bora-Hansgrohe liet in Roubaix al enkele fraaie ereplaatsen noteren, hij vindt daar dan ook een parcours volledig op zijn maat. Hetzelfde kan worden gezegd van Jan Tratnik. De Sloveen die naar verluidt op weg is naar Jumbo-Visma is bovendien in uitstekende doen. Tot slot zijn we ook zeer benieuwd tot wat landgenoten als Jasper Stuyven en Greg Van Avermaet nog in staat zijn. Voor winst zal alles alvast in de juiste plooi moeten vallen. Florian Vermeersch is zijn anonieme status dan weer kwijt na vorig jaar, maar behoort de Lotto-man toch zeker tot de kanshebbers. Ook ploeggenoten Victor Campenaerts en Brent Van Moer weten hoe ze kasseien moeten bedwingen.
Favorieten volgens WN
*** Van der Poel
** Van Aert, Lampaert, Ganna, Küng, Pedersen
* Asgreen, Laporte, Politt, Vermeersch, Tratnik, Stuyven
Joker: Dylan van Baarle