Kevin De Jonghe
We zitten intussen alweer in het Italiaanse najaar, het wielerseizoen anno 2025 nadert dan ook zijn ontknoping. En we eindigen op dezelfde trend als doorheen het ganse jaar: met een überdominante Tadej Pogacar. Van spanning is nog weinig sprake, zo ziet ook Jan Bakelants.
LEES OOK: WN Recap: Van der Poel en Pogacar degraderen tegenstand
Eentonigheid troefZowel op het WK als op het EK was immers alweer geen kruid gewasssen tegen de Sloveense superster, ook Remco Evenepoel moest tweemaal duidelijk zijn meerdere erkennen. “Het maakt van koers op dit moment niet de spannendste sport”, trekt Bakelants een logische conclusie in zijn column bij HLN.
Het zorgt voor de nodige frustratie bij de wielerfans, iets waar de oud-renner zich volledig in kan vinden: “Ik snap de mensen die spankracht missen. Het is gewoon verschrikkelijk eentonig: ik heb bij wegwielrennen nu hetzelfde gevoel als dat ik al jaren heb wanneer ik cross kijk met Mathieu van der Poel.”
Hopen op nieuwe supertalenten
Meteen ook de enige renner die Pogacar kon verslaan wanneer hij van iets een groot doel had gemaakt. In het algemeen kijkt Bakelants echter al verder naar mannen die de wereldkampioen in de nabije toekomst nog het vuur aan de schenen zullen kunnen leggen.
“Wie van ‘de oudere generatie’ gaat Pogacar volgend jaar wel bedreigen? De enige die er dit seizoen in geslaagd is om een duel te creëren, is Van der Poel. En met de kanttekening dat dat alleen maar lukte op zijn eigen terrein: in de Vlaamse koersen en Roubaix. Of wacht, ik corrigeer mezelf: Milaan-Sanremo is eigenlijk meer op maat van Pogacar, maar ook daar maakt Mathieu hem het leven zuur.”
Bakelants blijft dan enigszins wel vertrouwen behouden in Evenepoel, maar van grote overtuiging is geen sprake. Jonge renners als Paul Seixas houden het vuur voor hem warm: “Wat hij op zijn negentiende getoond heeft op het EK, is super straf.” Al ziet Bakelants dat er momenteel nog een grote kloof gaapt.
“Maar het is wel dat soort gasten dat het moet gaan doen in de toekomst. Ik denk ook aan Isaac Del Toro. Ook hij is een ongelofelijk talent, maar ook hij heeft nog heel wat mijlpalen te gaan. Alle puzzelstukjes gaan samen moeten komen, enkel dan gaan we in de nabije toekomst opnieuw spannende duels te zien krijgen.”
