Mathieu van der Poel kon zondag geen potten breken op het WK mountainbike in Crans-Montana. Waar hij nog hoopte zijn imposante palmares verder uit te breiden, zakte de Nederlander na een sterke openingsfase snel terug. Uiteindelijk eindigde hij ver buiten de top-20. “Ik had mijn dag niet,” vertelde hij na afloop openhartig aan de NOS.
De start leek aanvankelijk veelbelovend. Vanuit de vijfde startrij schoof Van der Poel razendsnel op naar voren en bevond hij zich na de eerste ronde al in de subtop. Het scenario leek ideaal om zich in de strijd te mengen, maar daarna sloeg de man met de hamer onverbiddelijk toe. “Ik had heel slechte benen,” gaf hij toe. “Het was mentaal een lange wedstrijd.”
LEES OOK: Van der Poel loopt blauwtje op WK mountainbike
Moeizame weken voorafgaand aan het WKVan der Poel gaf bovendien aan dat hij zich al langer niet topfit voelt. “Ik voel me al een tijdje niet goed,” zei hij eerlijk. Daarmee leek hij aan te geven dat de zwakke dag in Zwitserland niet uit de lucht kwam vallen. “De start was een droomscenario, maar daarna ging het gewoon niet meer.”
Toch probeerde hij er tijdens de wedstrijd het beste van te maken. “Mountainbiken is de enige discipline waarin het dan nog leuk is om rond te rijden. Dus ik heb geprobeerd er nog een beetje van te genieten, ondanks dat het resultaat teleurstellend was.”
Ambities blijven overeind
Van der Poel gooit zijn mountainbike-dromen niet zomaar overboord. De wereldtitel in deze discipline ontbreekt nog op zijn erelijst en dat blijft hem bezighouden. “Uiteraard. Ik heb nog een paar jaar te gaan, we blijven het proberen.”
Voorlopig moet de Nederlander echter genoegen nemen met een bijrol in Crans-Montana. Terwijl Alan Hatherly zichzelf glorieus opvolgde als wereldkampioen, zat er voor Van der Poel weinig meer in dan een strijd tegen zichzelf. Maar de drang om ooit ook in het mountainbiken de regenboogtrui te dragen, blijft overeind.