Patrick Lefevere heeft in zijn column bij Het Nieuwsblad uitgebreid gereageerd op de protesten die de Vuelta de afgelopen dagen verstoorden. De voormalige ploegbaas was zelf aanwezig bij de start in Bilbao en deelt zowel zijn eigen ervaringen met Baskisch activisme als zijn visie op de positie van Israel-Premier Tech.
LEES OOK: Niet slim: Almeida sneert naar eigen ploeggenoten na tijdsverlies
“Activisme zit hier in de natuur”Volgens Lefevere is het geen toeval dat de protesten in Baskenland het wielrennen raakten. “De Basken voelen zich verwant met Gaza. Activisme is hier een tweede natuur,” schrijft hij. Zelf herinnert hij zich nog de Vuelta van 1978, toen het peloton in een Baskisch dorp werd tegengehouden. “De weg was toen half gebarricadeerd. Enkel wanneer de Franse en Spaanse kampioenen hun trui bedekten, mochten we verder. En dat deden ze dan ook.”
De West-Vlaming toont begrip voor de actievoerders, maar ziet tegelijk ook de gevolgen voor de sport. “Iedereen heeft het recht om te protesteren, maar coureurs hebben ook het recht om ongestoord hun job te doen. Tom Pidcock en Jonas Vingegaard kregen niet eens de kans om te sprinten voor de ritzege, en dat is kwalijk.”
Israel-Premier Tech in de vuurlinie
De aandacht gaat logischerwijs vooral uit naar Israel-Premier Tech, de ploeg die voor velen het symbool is in dit debat. Lefevere begrijpt dat de reacties fel zijn. “Ik snap dat de renners van de andere ploegen Israel-Premier Tech het liefst zien vertrekken. Matteo Jorgenson is daar blijkbaar heel uitgesproken in, en ook de Vuelta-organisatie denkt zo. Maar ik begrijp tegelijk dat de ploeg zich niet zomaar gewonnen geeft.”
Volgens Lefevere zou een vertrek veel verdergaande gevolgen hebben. “Als ze afstappen, is de geest uit de fles en mogen ze nergens nog starten. Dat raakt finaal het inkomen van 180 gezinnen.”