Mats Buelinckx
Lotte Kopecky en Julie Van de Velde zijn de eerste Belgische atleten die een medaille kunnen veroveren op het WK wielrennen in het Australische Wollongong. Beide rensters gaan van start in de tijdrit, maar Kopecky liet vandaag al optekenen dat we geen medaille moeten verwachten van haar. Haar hoofddoel is immers het WK op de weg van volgende week.
“Zo’n tijdrit in een internationaal gezelschap is voor mij relatief nieuw. Ik heb er totaal geen ervaring mee en heb dan ook geen idee waar ik sta. Maar ik maak mij geen illusies. Ik denk niet dat ik Van Vleuten, Van Dyck of de Zwitserse Marlen Reusser ooit zal kunnen kloppen. Zij zijn de absolute favorieten", vertelde de renster van SDWorx aan Het Nieuwsblad.
Kopecky sukkelde dit seizoen al met heel wat blessures, onder andere aan de rug, en kende een mindere Tour de France Femmes vanwege fysieke klachten. De Belgische kampioene verzocht echter zelf om mee te mogen doen aan de tijdrit. Naar eigen zeggen wilt ze "al eens een goeie inspanning leveren" vooraleer vol voor goud te gaan op het WK op de weg van 25 september. "Die blessures zijn gelukkig grotendeels van de baan. Maar het kan nooit kwaad om de benen een eerste keer goed te laten draaien. Zeker na die lange reis, met die jetlag.”
WIND
Zowel de mannen als de vrouwen krijgen hetzelfde parcours voorgeschoteld zondag: twee rondjes van elk zo'n 17 kilometer. "In de bochten kan je breed uitdraaien, maar de klimmetjes zijn best behoorlijk pittig. En aan de kust zal de wind zijn ding doen.”
Zowel de mannen als de vrouwen krijgen hetzelfde parcours voorgeschoteld zondag: twee rondjes van elk zo'n 17 kilometer. "In de bochten kan je breed uitdraaien, maar de klimmetjes zijn best behoorlijk pittig. En aan de kust zal de wind zijn ding doen.”
