Wat een verschil twee dagen kunnen betekenen. Tot vrijdagochtend was het nog al euforie wat de klok slog, daags nadien ziet de wereld er voor Remco Evenepoel plots weer helemaal anders uit. Dat heeft voornamelijk te maken met het fenomeen dat Tadej Pogacar heet, maar zelf is hij toch ook niet zorgenvrij.
Oorzaak bij de valpartij?
Zo eindigde Evenepoel in de etappe waar Pogacar zijn duivels – nog maar eens – ontbond zelf immers pas vijfde. Na heren als Florian Lipowitz en Matteo Jorgenson. Evenepoel was ook zowat de eerste die uit het wiel werd gekletst bij de start van de slotbeklimming. Alhoewel dat kan worden gesteld dat eigenlijk iedereen vrijwel meteen moest passen.
Maar waar moeten we de toch mindere prestatie van Evenepoel dan gaan kaderen? Ligt het toch bij die valpartij van daags eerder? “Ik wil het daar niet op steken, maar een crash is nooit goed. Misschien was ik toch niet helemaal hersteld”, bleef de tweevoudige olympische kampioen zelf in het ongewisse of dat er iets mee te maken zou hebben.
Tom Steels was daar achteraf toch meer tot toegedaan, hoewel het enkel om een oppervlakkige blessure ging die vooraf door de ploeg zelf nog werd afgedaan als minnetjes. “Het zal toch geen deugd gedaan hebben. Op dit niveau tellen ook de kleine percentages.”
De reden ligt elders
Maar mogelijk valt de oorzaak wel te zoeken bij een pollenallergie van Evenepoel. Het viel op dat hij nasaal klonk in zijn interviews, moeilijker ademen is dan ook een optie, hoewel het dan niet over verkoudheid gaat. “Neen, ik ben niet verkouden. Dit is klassiek voor mij. Ik heb een behoorlijke zware pollenallergie en ik merk dat mijn neus en keel vol zitten. Of dat vandaag een rol gespeeld heeft? Het zou kunnen, een voordeel is het nooit.”
Daarnaast zat Evenepoel ook alweer helemaal geïsoleerd op 40 kilometer dan de streep. Dit lijkt toch een groot probleem te worden voor de Tour, Steels tempert bij HLN: “We waren kwetsbaar, maar tegen de Tour zal dat opgelost zijn. Ik ben overtuigd dat we dan op volle sterkte gaan zijn. Tegen dan komen er ook nog een paar jongens bij.”