We zijn intussen alweer over halverwege deze Giro waarin we toch al flink wat fraai spektakel te zien kregen. Zo was er woensdag alweer een etappe om van te smullen, al zal vermoedelijk niet iedereen in het peloton daar zo over denken.
Pidcock moet boeten
Want zo kreeg Tom Pidcock plots toch nog een uitgelezen kans om die felbegeerde ritzege te boeken. Die kans kwam er nadat Mads Pedersen plots vooraan het peloton begon te beuken en zo de vluchters – die zich al zegezeker waanden, net als vele kijkers dat dachten – alsnog bij de lurven te grijpen. Voor de Brit mocht het evenwel niet baten.
Net als alle anderen in het uitgedunde peloton liet hij zich immers verschalken door een late uitval van Richard Carapaz, de Ecuadoraan won dan ook de etappe. Pidcock gaf zich niet meer voluit in de sprint om de tweede plaats, en werd vierde.
Daarbovenop kreeg de renner van Q36.5 dan ook nog eens af te rekenen met de organisatie. Die zagen hem immers een bidon weggooien waar dat niet mocht, iets wat Pidcock op een boete van 500 Zwitserse frank én 25 UCI-puntenaftrek kwam te staan.
Ongehoorzame ploegleiders
In dezelfde etappe werden ook Ineos-renner Brandon Rivera en ploegleider Zak Dempster beboet voor 700 Zwitsere frank voor bevoorrading op niet toegestane plaats. In de tiende rit, die van dinsdag dus, waren het voornamelijk de ploegleiders die op de bon vlogen. Matthew Winston (Picnic PostNL), David McPartland (Jayco AlUla), Thierry Bricaud (EF Education-EasyPost), Alexandr Shefer (XDS-Astana) en Gabriele Missaglia (Q36.5) moesten om verschillende redenen 500 Zwitserse frank ophoesten.
Opvallend: in de twee dagen van het weekend werd er zowaar niemand beboet in de Giro. Dat moet bijna een unicum zijn. Bovendien zien we de organisatie ook veel minder kwistig met gele kaarten gooien dan in het begin, iets wat in de sprintetappe van donderdag mogelijk wel zou kunnen veranderen.