Daags na de chaos in Torino trekken we eindelijk naar Frankrijk. Op de vierde dag is het tijd voor de eerste bergrit, met meteen het absolute hooggebergte op het menu.
Terwijl het peloton zijn wonden likt in de straten van Torino, waar behoorlijk wat huid achterbleef op het asfalt, is het de vraag wie de eerste bergetappe in de Tour met rood omcirkeld heeft.
De start
In Pinerolo is het momenteel alle hens aan dek. De stad in de regio Piemonte ligt aan de voet van de Italiaanse Alpen en net in de Alpen is het al een paar dagen noodweer. Nu betreft dit voornamelijk de Zwitserse provincie Ticino, maar in de Italiaanse Alpen is men ook op haar hoede.
Pinerolo was in 2011 al eens onderdeel van het Tour-parcours, destijds als aankomstplaats van een etappe die werd gewonnen door Edvald Boasson Hagen. Dat was in de jaren dat de Noor de wielerwereld nog aan zijn voeten had liggen. Dat zou anders aflopen dan gedacht.
Pinerolo is ook de geboorteplaats van een aantal belangrijke Italianen van adel. Zowat de gehele familie Van Piëmont werd geboren of overleed in deze stad, die in de Middeleeuwen ook nog even toebehoorde aan Frankrijk.
De aankomst
Op de vierde dag gaat de Tour de France dan eindelijk haar eigen landsgrenzen binnen. Finishen doen de renners in Valloire, een bekend oord voor eenieder die graag wielertochten maakt in de Alpen. Het maakt deel uit van het departement Savoie.
Twee keer was Valloire een aankomstplaats in de Tour de France; in 1972 won Eddy Merckx, terwijl vijf jaar terug Nairo Quintana de beste was in een etappe waarin de uiteindelijke eindwinnaar Egan Bernal voor het eerst liet zien hoe goed hij was op hoge hoogte.
Ook destijds was de Col du Galibier de belangrijkste beklimming van de dag, zoals dat ook in de vierde rit van deze Tour het geval zal zijn. De Galibier vormt vaak de Souvenir Henri Desgrange, vernoemd naar de oprichter van de Tour. Aan die souvenir is een geldprijs verbonden voor degene die als eerste de top rondt.
De route
Daags na de langste etappe van deze Tour de France volgt er een die negentig kilometer korter is. Toch moeten de renners in de amper 140 kilometer die Pinerolo en Valloire elkaar met dit parcours van elkaar scheiden 3.600 hoogtemeters overbruggen.
Het mag dan ook geen verrassing zijn dat het vanaf de start in Pinerolo, dat ligt immers aan de voet van de Alpen aan Italiaanse zijde, omhoog loopt. In Castel Del Bosco, dat is na nauwelijks negentien kilometer koers, komen de spurters aan zet in de Supersprint.
Men steekt door naar Fenestrelle en Fraisse, om door te rijden naar de top van de beklimming in het beruchte wieleroord Sestrière. 40 kilometer aan 4 procent is goed voor een tweede categorie klim. Vanuit daar is het afdalen naar Cesana Torinese, waarna men bijna de grens met Frankrijk overschrijdt.
Dat gebeurt tijdens het beklimmen van de Col de Montgenèvre, ook van tweede categorie. Volgt de afzink richting Briançon, waarna een ellenlange vallei wacht richting de daadwerkelijke Col du Galibier. 23 kilometer aan dik 5 procent gemiddeld, maar met name de laatste kilometers zijn zwaar.
Dat relatief lage gemiddelde komt vooral door de Col du Lautaret. Wat daarna volgt is immers nog zwaar genoeg – bovendien ruim boven de magische grens van 2.000 meter. Op de top wachten veel bergpunten en bonificatieseconden. Dan is het nog een kleine twintig kilometer afdalen langs de zware zijde van de Galibier richting Valloire.
De favoriet
Het feit dat de topfavorieten in deze Tour de France vooral schrik van elkaar hebben in plaats van te koersen, zorgt ervoor dat we niet zeker kunnen weten of de klassementsmannen ook daadwerkelijk voor de ritzege willen gaan.
Nochtans zijn de ingrediënten duidelijk: de Galibier is een beklimming van ‘Hors Catégorie’ en gaat boven de 2.500 meter hoogte met haar top. We moeten het vermoedelijk bij goed klimmende vluchters zoeken en daarom valt onze keuze op Lenny Martinez. Het jonge Franse talent rijdt zijn eerste Tour, maar kan meteen laten zien wat hij in huis heeft.
De outsiders
De outsiders zijn in eerste instantie de klassementsfavorieten. Bij die namen moeten we ook de hoge hoogte in oogschouw nemen. Met name Jonas Vingegaard is daar een kei in, al liet Tadej Pogacar in de Giro d’Italia zien ook stappen te hebben gemaakt op dat gebied.
Geletruidrager Richard Carapaz is niet bereid zijn ploeg op te offeren om het geel te behouden, maar moet zich in zijn sas voelen op de Galibier. Het is natuurlijk maar de vraag hoe Remco Evenepoel op deze omstandigheid zal reageren.
Is Primoz Roglic slecht in vorm of had hij een mindere dag rond Bologna? Met Egan Bernal, Carlos Rodríguez, Giulio Ciccone, Enric Mas, Adam en Simon Yates zullen er genoeg renners op de loer liggen, terwijl Tom Pidcock hoopt dat men bergop zwaar zal inhouden, zodat hij bergaf nog eens kan vliegen.
Als we nog wat renners mogen zoeken die iets verderop in het klassement staan en vanuit de vlucht gevaarlijk kunnen zijn, moeten we denken aan Tobias Halland Johannessen, Harold Tejada, Kobe Goossens en de winnaar in Bologna Kévin Vauquelin. Al zal er op weg naar Valloire vast wel weer een ongenoemde naam opstaan!
De sterren
Dat zorgt voor de volgende sterrenverdeling:
****
Lenny Martinez
***
Tobias Halland Johannessen & Jonas Vingegaard
**
Richard Carapaz, Remco Evenepoel & Tadej Pogacar
*
Giulio Ciccone, Enric Mas, Carlos Rodríguez & Primoz Roglic
De televisie
De volledige Tour de France is van de eerste tot de laatste kilometer live te volgen via Eurosport en HBO Max. Vanaf 12:45 uur gaat men daar live met in de finale het commentaarduo Jan Hermsen en Bobbie Traksel.
De VRT is er niet iedere kilometer van de Tour bij en pikt op deze tweede dag later in. Vanaf 13:30 uur draait het op Één om de commentatoren Renaat Schotte en José De Cauwer. Ook de Nederlandse omroep NOS zal de Tour uitzenden.
Vive le Tour, geniet van de koers!