Wout van Aert kon gisteren niet meestrijden voor de eindoverwinning in de Ronde van Vlaanderen. De kopman van Jumbo-Visma had de benen niet om mee te klimmen met Tadej Pogacar en Mathieu van der Poel. Nathan Van Hooydonck, ploegmaat van Van Aert, reed een groot deel van de race mee met de kopgroep in de hoop dat zijn kopman aansluiting kon vinden. Het duurde echter heel lang vooraleer de twee mekaar vonden.
“Ik zag dat Wout van Aert niet mee was met Tadej Pogacar en Mathieu van der Poel na de passage op de Kruisberg”, aldus Van Hooydonck aan Belga. “Daarom gaf ik aan dat ik op hem wou wachten om zo wat werk voor hem te verrichten. Het was Wout zelf die via ons communicatiesysteem aangaf dat dit niet nodig was en dat ik niet hoefde te wachten.”
“Ik bleef daarop even zitten in ons groepje. Toen ik vernam dat Wout het gat in zijn eentje niet toe kreeg, heb ik me wel laten afzakken. Ik wou hem terugbrengen naar de kop van de koers, maar het beste was er bij mij ook al af. Ik kon me in onze groep doorheen de koers wel wat sparen, maar wij waren al heel lang in de aanval en dat kroop toch netjes in de kleren. Ik was op een gegeven moment helemaal om zeep gereden. Het was jammer dat ik Wout er niet bij kreeg."
FENOMEEN
Van Aert moest in de sprint om het brons nog zijn meerdere erkennen in de Deen Mads Pedersen. Een stevige domper op de feestvreugde voor de alleskunner van Jumbo-Visma, die van de Ronde één van zijn hoofddoelen van het seizoen had gemaakt. “Ik denk dat een derde plaats het hoogst haalbare was voor Wout, maar in de sprint bleek Mads Pedersen net nog iets sneller. Deze Tadej Pogacar is een fenomeen. Die gast kan echt alles", besloot Van Hooydonck.