Oliver Naesen begint in 2026 aan een bijzonder jubileum: zijn tiende seizoen in Franse loondienst. Wat ooit AG2R was, heet intussen Decathlon–CMA CGM en die naamsverandering staat symbool voor veel meer dan alleen een nieuw shirt. Met twee Franse bedrijven met miljardenomzetten als motor, merkt Naesen van dichtbij hoe de ploeg een nieuwe financiële en sportieve versnelling hoger schakelt.
LEES OOK: Alpecin schrijft jongensdroom met sensationele transfer
Van professioneel naar topniveauNaesen zag de ploeg jaar na jaar groeien, maar het tempo ligt nu duidelijk hoger dan ooit. “Toen ik bij de ploeg aankwam, vond ik het eigenlijk al professioneel. Elk jaar komt daar iets bij. Nu zijn we op een punt dat alles doordacht en professioneel is,” vertelt hij bij Sporza. Niet alleen de omkadering, maar ook het sportieve niveau kreeg een stevige upgrade. “Er zijn ook renners van een niveau dat we nog niet eerder hebben gehad.”
Die woorden krijgen meteen gewicht als je kijkt naar de wintertransfers. Met Tiesj Benoot en Olav Kooij haalde Decathlon–CMA CGM twee absolute sterkhouders weg bij Visma–Lease a Bike. Daarbovenop kwam Matthew Riccitello, dit seizoen nog vijfde in de Vuelta. Voor Naesen is het een duidelijk signaal: deze ploeg wil structureel meedoen aan de top.

Vliegtuigen, chefs en stages zonder zorgen
Het extra budget vertaalt zich niet alleen in namen op papier, maar ook in het dagelijkse leven van de renners. De voorstelling van de ploeg voor 2026 vond plaats in Rijsel, waarna het volledige team met een door de ploeg ingehuurd vliegtuig richting Marseille trok voor een tweede event.
Vervolgens ging het met datzelfde toestel meteen door naar Spanje, waar vrijdag de winterstage van start gaat.Volgens Naesen is dat tekenend voor hoe alles is geëvolueerd.
“Elk facet wordt professioneler,” klinkt het. Ook op stage merkt hij het verschil. “Daar zijn er ik weet niet hoeveel chefs. Vroeger moesten we altijd rekenen op het buffet van het hotel. Dat is ook niet slecht, maar het is toch beter op deze manier.”
Stan Strubbe