Thijs Zonneveld ziet dat steeds meer renners in augustus al snakken naar het einde van het seizoen. Volgens de analist heeft dat alles te maken met de enorme mentale belasting die het moderne wielrennen met zich meebrengt.
LEES OOK: Wat niemand wist: De Lie verklaart ellendige periode
“De liefde voor de fiets kwijt”Zonneveld haalde in In de Waaier onder meer Arnaud de Lie aan. “Hij zei dat hij de liefde voor de fiets terug moest vinden. Dat is veelzeggend. Hij is niet de enige: er zijn dit jaar heel veel renners die in augustus al doorheen zitten. Van toppers als Pogacar en Van Aert tot jongens als Tiberi. Het is voor een groot deel mentaal.”
Volgens Zonneveld is het wielrennen van nu veel zwaarder dan vroeger. “De manier van koersen laat zo weinig ruimte voor ontspanning. Altijd focus, altijd data uitlezen, voeding afwegen. Vroeger sprak je zes keer per week met een groepje af om te trainen. Nu doet iedereen zijn blokjes alleen.”
Mentaal belangrijker dan ooit
Die individualisering en prestatiedruk eisen hun tol. “Je ziet dat renners ongelukkig worden, ondanks goede resultaten. Het seizoen is lang, de mentale belasting groot. Ik ben benieuwd hoe renners hier over een paar jaar op terugkijken.”
Wat kunnen ploegen doen? Zonneveld pleit voor meer aandacht voor mentale begeleiding. “Volgens mij is deze ontwikkeling onomkeerbaar, maar je moet goed in de gaten houden wanneer een renner het niet meer aankan. Fysiek is het misschien niet optimaal, maar ik denk dat het zin heeft om renners tijdens het seizoen bij wijze van spreken eens op zuipen te sturen. Dat ze gewoon kunnen ontspannen.”