Toulouse lonkt, en met de Côte de Pech David in het vizier kijkt het peloton opnieuw richting Mathieu van der Poel. De rit lijkt hem op het lijf geschreven, maar de Nederlander blijft voorzichtig. Want wat als Tadej Pogacar of Jonas Vingegaard besluit(en) te ontploffen op de slotklim?
“De finale is lastig”, geeft Van der Poel toe. “We hebben die klim gisteren verkend. Het is steil en technisch, zoals we eerder in deze Tour al zagen. Als Tadej of Jonas daar aanvalt van bij de voet, dan wordt het heel moeilijk om te volgen.”
LEES OOK: 'Van der Poel staat versteld: bestolen van ritzege'
“De vlucht controleren? Alleen als het kan”Alpecin-Deceuninck zou de koers kunnen controleren, maar Van der Poel twijfelt of dat realistisch is. “Na een rustdag zijn er altijd veel renners die zich willen tonen. De vlucht heeft vandaag zeker kans. Voor ons zou het ideaal zijn als het een kleinere groep is die we onder controle kunnen houden.”
De Nederlander mikt dus op een tactisch scenario waarin hij zelf de regie kan nemen, maar beseft dat de omstandigheden grillig zullen zijn. “Alles hangt af van wie erin zit. Als de groep te sterk is, moet je het laten begaan.”
Groves als alternatief, bocht als scherprechter
Aan de top van de Pech David is het nog niet voorbij. “Er volgt nog een vlak stuk waar renners kunnen terugkeren,” voorspelt Van der Poel. “Misschien ook Kaden Groves. De gaten zullen er zijn, maar niet onoverkomelijk.”
Toch zal het moment van waarheid eerder komen. “Die haakse bocht aan de voet van de klim? Daar moet je bij de eerste tien zitten. Anders heb je meteen een probleem.” En dat weet iedereen. “Het wordt een gevecht om plek, nog voor de klim begint.”
Van der Poel is klaar voor dat gevecht. Maar of het genoeg is om ook Pogacar en Vingegaard het hoofd te bieden, blijft de grote vraag.