Met slechts twee zeges op zak lijkt het seizoen van Jasper Philipsen tot dusver wat flets te verlopen. In het voorjaar was het zoeken naar zijn gebruikelijke sprintdominantie, en ook in de Baloise Belgium Tour moest hij meermaals zijn meerdere erkennen in onder anderen Tim Merlier. Toch hoeft de topsprinter van Alpecin-Deceuninck allerminst te wanhopen richting de Tour de France. Eén uitspraak – van zijn vaste lead-out Jonas Rickaert – zegt eigenlijk alles.
Lees ook: Coquard breekt en reageert aangeslagen na crash Philipsen
Terugvallen op het sterkste sprintblok van de TourPhilipsen zal straks in Frankrijk opnieuw kunnen rekenen op een dreamteam aan ondersteuning. Met Mathieu van der Poel, Kaden Groves én Jonas Rickaert aan zijn zijde, beschikt hij over de meest explosieve sprinttrein van het hele peloton. Dat was vorig jaar al het geval, toen Van der Poel met chirurgische precisie het laatste werk deed voor zijn ploegmaat – goed voor vier ritoverwinningen én de groene trui voor Philipsen.
Dit jaar komt daar nog Groves bij, een man die z’n strepen inmiddels ruimschoots verdiend heeft. Hij won recent nog een Giro-rit en was in de Vuelta vorig jaar zelfs driemaal de snelste. Voor Philipsen betekent dat: gegarandeerd in de juiste positie afgezet worden. En dát is exact wat het verschil maakt in massasprints, waarin het niveau bijzonder dicht bij elkaar ligt.
Resultaten zeggen niet alles
Wie enkel afgaat op het palmares van 2024, zou kunnen twijfelen aan Philipsens vorm. Twee zeges – onder meer in de Elfstedenronde – steken schril af tegen zijn dominante jaren in 2022 en 2023. Maar cijfers vertellen niet het hele verhaal. In veel koersen reed hij zich wel in stelling, maar kwamen sprinttreintjes in het gedrang of kreeg hij af te rekenen met een superieure Merlier. Bovendien bouwde hij bewust rustmomenten in, met het oog op pieken in juli.
“Ik voel dat de lijn stijgt. En met deze voorbereiding weet ik wat er komt,” zei Philipsen eerder al. Alles draait bij hem om de Tour, en dat zal in zijn benen en mindset duidelijk worden wanneer het peloton straks in Lille van start gaat.
Nieuwe motivatie: de tricolore?
Zondag wacht voor Philipsen nog het Belgisch kampioenschap in Binche. Een zege daar zou niet alleen zijn vorm bevestigen, maar hem ook met de Belgische driekleur naar Frankrijk sturen – een extra motivatieboost én een visueel statement aan het peloton. Zijn voornaamste tegenstanders? Tim Merlier, uiteraard, maar ook Van Aert en De Lie. De sprintkern van België is ijzersterk, maar wie de Tour van vorig jaar herbekijkt, weet dat Philipsen onder druk kan leveren.
Philipsen hoeft zich dus geen zorgen te maken, laat staan te wanhopen. Zijn eigen woorden klinken nog bescheiden, maar zijn ploegmaat Rickaert verklapt meer dan genoeg. “De lead-out zal dik in orde zijn.” Dat betekent: controle, timing, positionering – en dus ritkansen. Zelfs als hij nog niet op z’n absolute top is, maakt dat in de Tour het verschil. Philipsen weet het. Frankrijk komt eraan. En hij is er klaar voor.