Tom Pidcock kwam naar de Giro d’Italia met bescheiden klassementsambities en het vizier op een etappezege, maar greep uiteindelijk naar beide mis. Na achttien sterke dagen reed hij zichzelf in de voorlaatste bergetappe letterlijk op achterstand. De Brit van Q36.5 kon enkel toegeven dat hij zijn eigen kans op top tien om zeep had geholpen. “Ik probeerde iets wat ik beter niet had kunnen doen.”
Tussen aanval en oververhitting
Op papier maakte Pidcock een solide debuut in de Giro: drie keer top vijf in de eerste weken, een dertiende plek in het klassement na achttien etappes, en amper twee minuten achter de top tien. Maar op dag negentien ging het mis. In een poging om mee te schuiven in de vlucht, blies hij zichzelf op in de hitte.
“De tank was niet leeg, nee,” legde hij uit bij In de Leiderstrui. “Maar het was warm, en ik weet van mezelf dat ik me moeilijk aanpas aan hoge temperaturen. Het was niet slim om dan aan te vallen.” De gevolgen waren duidelijk: hij verloor meer dan achttien minuten en zakte weg naar plek zestien in het eindklassement.
Ritkansen? Weg door eigen keuzes
Het koersverloop in rit twintig bood theoretisch nog een kans op eerherstel, maar Pidcock voelde dat de mentale en fysieke klik weg was. De rit over de Colle delle Finestre, zijn eerste klim van meer dan een uur, kwam simpelweg te laat. Terwijl Chris Harper zegevierde vanuit de kopgroep, verdween de Brit in de achtergrond.
Met dat verdict viel ook de balans van zijn Giro uit. Ondanks sterke benen en veelbelovende momenten, was de optelsom: geen ritzege, geen klassement. En dus ook geen echte glans. Zelf legde hij de lat voor de start misschien net iets te hoog. “Ik was ambitieus, maar als je kijkt naar mijn voorbereiding zonder hoogtestage, dan mocht ik misschien ook niet veel meer verwachten.”
Lessen voor de Vuelta
Toch overheerst geen drama of teleurstelling, maar realisme. Pidcock erkent dat hij later dit jaar, in de Ronde van Spanje, een meer gerichte voorbereiding wil doen. Een betere opbouw, minder racedagen, en in de zomer extra prikkels op de mountainbike in Andorra en tijdens het EK in Portugal moeten daar de basis voor leggen.
“Alle mannen voor mij hadden een betere voorbereiding,” analyseerde hij nuchter. De ambitie blijft, maar het besef is gegroeid: in grote rondes kun je niet alles tegelijk willen. De Vuelta wordt zijn herkansing – hopelijk met een beter plan en minder fouten.