Parijs-Nice heeft het doek gelicht van de editie 2026 en doet dat met een parcours dat meteen richting geeft. ASO presenteerde niet alleen de deelnemende ploegen, maar ook een route die duidelijk mikt op vroege verschillen, een beslissend slotweekend en een finale die dit keer niet eindigt waar ze bijna altijd eindigt. De Promenade des Anglais maakt plaats voor het Allianz Riviera-stadion, waardoor ook de traditionele slotetappe een ander gezicht krijgt.
LEES OOK: ‘Concurrentie Pogacar komt in 2026 uit eigen ploeg’
Van puncheurs tot klassementsmannenDe 84ste editie van de Koers naar de Zon gaat van start in Achères, in het departement Yvelines, en laat meteen weinig ruimte voor een rustige aanloop. De openingsrit eindigt op een lokaal circuit rond Carrières-sous-Poissy, met de Côte de Chanteloup-les-Vignes als scherprechter. Met zijn 1,1 kilometer aan ruim acht procent is dat een klim waar de puncheurs direct hun tanden in kunnen zetten en waar al vroeg verschillen kunnen ontstaan.
Een dag later lijken de sprinters hun kans te krijgen in de etappe van Épône naar Montargis, waar een vlakke finale in de maak is. Op dag drie verschuift de focus echter volledig. Tussen Cosne-Cours-sur-Loire en Pouilly-sur-Loire staat een ploegentijdrit van 23,5 kilometer op het programma. Met de Tourstart in Barcelona in het achterhoofd kan deze TTT gerust gezien worden als een generale repetitie voor de Tour de France, en als een moment waarop de klassementsverhoudingen voor het eerst echt zichtbaar worden.

Daarna trekt het peloton richting de Morvan, waar de koers haar tanden laat zien. De vierde etappe combineert de Côte de la Croix de la Libération met de slotklim naar Uchon en zal vooral voor de renners met een stevige motor zwaar wegen. De vijfde rit, met aankomst in Colombier-le-Vieux, stapelt hellingen op elkaar en telt zelfs de meeste hoogtemeters van de hele week. Ook de zesde etappe, tussen Barbentane en Apt, biedt weinig ademruimte. Met meerdere beklimmingen van tweede en derde categorie en een technische finale na de Côte de Saignon, blijft ook hier het klassement onder druk staan.
Slotweekend breekt traditie
Het slotweekend belooft zoals gebruikelijk het breekpunt van Parijs-Nice te worden. Op zaterdag wacht de aankomst in Auron, na een slotklim van 7,3 kilometer aan meer dan zeven procent. Het skioord was ook dit jaar al toneel van een heroïsche rit, toen Michael Storer in barre omstandigheden solo wist te winnen. In 2026 lijkt die klim opnieuw een sleutelmoment te worden in de strijd om het geel.
De echte breuk met de traditie volgt op de slotdag. Parijs-Nice finisht wel in Nice, maar niet op de iconische Promenade des Anglais. Door de gemeenteraadsverkiezingen wijkt ASO uit naar het Allianz Riviera-stadion. Ook het parcours zelf is aangepast. Klassiekers als de Col d’Èze ontbreken, waardoor de organisatie kiest voor minder bekende, maar niet minder venijnige alternatieven. De Col de la Porte, de Côte de Châteauneuf-Villevieille en de steile Côte de Linguador moeten het verschil maken in een finale die meer open ligt dan andere jaren.
Met een ploegentijdrit, een zwaar middenstuk en een alternatieve ontknoping lijkt Parijs-Nice 2026 alles in huis te hebben voor een koers waarin niets vanzelfsprekend is. De Koers naar de Zon blijft zijn naam eer aandoen, maar doet dat dit keer via nieuwe wegen.
WN Redactie