Na een jaar vol pieken en pijnlijke dalen kijkt Jasper Philipsen opnieuw vooruit. De Belgische sprinter hoopt dat 2026 minder turbulentie brengt dan zijn valrijke seizoen, maar in zijn blik op de toekomst speelt ook een opvallende figuur een belangrijke rol: Tadej Pogacar. De Sloveense wereldkampioen blijkt niet alleen een voorbeeld, maar ook een zeer goeie vriend.
LEES OOK: Philipsen onthult zijn absolute droomkoers
“Het is altijd een plezier hem te zien”Philipsen vertelt in La Gazzetta dello Sport dat Pogacar één van de meest waardevolle vriendschappen is die hij in het peloton heeft opgebouwd. “Tadej is een vriend. Het is altijd een plezier om hem te zien en te kletsen,” zegt hij.
Door hun volledig verschillende wedstrijdprogramma’s kruisen hun wegen zelden, maar dat doet volgens hem niets af aan de band. Integendeel: “Ik ben geen expert in wielergeschiedenis, maar ik denk niet dat er ooit iemand zoals hij heeft bestaan.”
De Sloveen wordt in het peloton behandeld als een halfgod — en toch, zegt Philipsen, is dat helemaal niet wie Pogacar werkelijk is. “Iedereen ziet hem als een god, maar ik ken hem als een heel normale jongen” En precies dat maakt hem uniek, vindt hij: ondanks zijn overwinningen in Tour, Monumenten en kampioenschappen is Pogacar verrassend benaderbaar. “Zijn kracht ligt in het feit dat hij met beide benen op de grond blijft staan en echt van het leven geniet.”

Vallen en opstaan als rode draad
2025 was hard voor Philipsen: een crash in Nokere Koerse beïnvloedde zijn voorjaar, een nog zwaardere val in de Tour maakte abrupt een einde aan zijn ambities voor de groene trui. Toch herpakte hij zich, vocht terug en won drie Vuelta-etappes.
Het is precies dat karakter — vallen, opstaan, doorgaan — dat hij zegt ook in Pogacar te herkennen. De vriendschap tussen beiden lijkt gebaseerd op wederzijds respect én op een gedeelde kijk op de sport.
Stan Strubbe