We zijn intussen alweer aan een nieuw veldritseizoen begonnen, in Meulebeke kregen we een kleine twee weken geleden de opener. Vanaf nu zullen de wedstrijden zich echter sneller opvolgen. Paul Herygers maakt zich al op voor alweer een spektakelrijke winter.
LEES OOK: Herygers slaat pijnlijke flater over Wout van Aert
Nys gaat dominerenWant vooraleerst ziet Herygers bij Wielerflits dat de top in het veldrijden sedert vorig jaar toch flink wat breder is geworden. “Al die jongens, die een paar jaar geleden nog ‘prutsmannekes’ waren, zijn mannen geworden die kunnen crossen. Ze doen wereldwijd voor de prijzen mee en kunnen het afwerken. In Ruddervoorde zal er weer maar eentje kunnen winnen. Veldrijden is niet simpel momenteel”, oordeelt de oud-wereldkampioen.
Dan doelt Herygers op mannen als Pim Ronhaar, Niels Vandeputte of Joran Wyseure, maar als hij één man moet noemen die dit seizoen zal domineren, kijkt hij toch in een andere richting. Namelijk die van Thibau Nys. Volgens Herygers krijgen we deze winter een herboren Nys te zien.
“Volgens mij heeft Thibau Nys de baan nu eindelijk vrij. Hij moet niet meer twijfelen of hij een heel crossseizoen kan volmaken, of dat hij zwakke punten heeft. In de specifieke crossen die hij heeft aangestipt, zal hij gulzig zijn”, voorspelt Herygers nu al.
“Niet dat hij met het hele brood zal gaan lopen, maar wel met een half. Dan moet de rest het met overschotten doen. En als Van der Poel in december weer komt meedoen, dan moet het hooi al op de zolder zitten.”
Aerts opnieuw bij de top
En dat heeft dan één voornamelijk reden: namelijk dat hij met het rijden van de Tour de France zijn motor normaliter flink wat groter heeft gemaakt. “Vorige winter heeft hij die stap naar de top al gezet. Onderschat zeker niet dat zijn motor weer wat gegroeid zal zijn”, is Herygers van oordeel.
Geen Tour de France voor Toon Aerts, maar ook hij kwam wel meer in actie op de weg. Ook daar denkt Herygers dat die daar de vruchten van zal plukken: “Het zal hem een andere renner maken, nadat vorige winter misschien nog een overgangsjaar was. In de eerste seizoenshelft moest hij telkens helemaal achterin beginnen, omdat hij geen UCI-punten had.”