Een rustige dag in het peloton? Vergeet het maar als Mathieu van der Poel mee doet. De negende Tour-etappe naar Châteauroux werd gekleurd door een zinderende aanval van Van der Poel en ploeggenoot Jonas Rickaert, en zorgde ook bij geletruidrager Tadej Pogačar voor een volle tank pijn. “Ze zijn echt gek”, lachte de Sloveen na afloop, al was het met een gezicht dat eerder vermoeidheid dan plezier uitstraalde.
LEES OOK: Alarmfase 1: Pogacar plots stuk minder zeker van Tourzege
“Hell of a ride”Van der Poel en Rickaert trokken er al vanaf de eerste kilometer vandoor en hielden het peloton in de verzengende hitte bijna 175 kilometer lang in de tang. Zelfs Pogačar – toch niet vies van een aanval meer of minder – keek er met ontzag naar. “Ze hebben het geweldig gedaan, de hele dag in de aanval. Chapeau voor hen. Ze zijn echt gek, want het was a hell of a ride”, zei hij.
Zelf moest hij tot diep in de finale scherp zijn. “Ik kon in de laatste kilometers van dichtbij zien hoe het ging. Iedereen had pijn. We waren aan het afzien, dus ik wil me niet voorstellen hoe hun benen voelden. Ongelooflijk dat ze zo lang standhielden. Totale gekte”
Pogacar grinnikte nog: “Ze kunnen geen dag rustig aandoen, hé? Dat maakt het wel mooi.”
Opgave Almeida drukt stempel op dag
Toch eindigde de dag voor UAE Emirates met een bittere nasmaak. João Almeida moest na zijn val richting de Mur-de-Bretagne alsnog opgeven. Onderzoek wees eerder al uit dat hij zijn rib had gebroken. “Dat maakt het een triestige dag”, zei Pogacar daarover.
“Hij probeerde het nog, maar de pijn werd te veel. We stonden aan zijn zijde, maar hij kon niet meer. Nu moet hij herstellen, en ik weet zeker: hij komt sterker terug.”