Het was geen vlekkeloze week voor Remco Evenepoel in het Critérium du Dauphiné. Maar op de slotdag liet hij nog één keer zijn tanden zien. De Belg van Soudal Quick-Step plaatste een aanval op de slotklim en zette voor het eerst deze week zijn concurrenten écht onder druk. Het leverde geen podium op, maar wel een betere gemoedstoestand. “Ik houd er toch een positief gevoel aan over,” klonk het na afloop.
Evenepoel zet aanval in, Pogacar en Vingegaard counteren
De slotrit van de Dauphiné moest de week nog enigszins redden voor Evenepoel. Waar hij de voorbije bergritten de schade had moeten beperken, besloot hij deze keer zelf het vuur aan de lont te steken. Op de laatste klim van de dag, met nog zo’n acht kilometer te gaan, probeerde hij het verschil te maken. “Ik had al van bij het begin door dat Lipowitz het moeilijk had met versnellingen. Dus ik moest nog iets doen, hé.”
De aanval bracht hem eventjes weg van de concurrentie, maar Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard wachtten hun moment af. Toen zij counterden, moest de Belgische kampioen opnieuw passen. Toch slaagde hij erin Lipowitz te lossen en werkte hij samen met een groepje achtervolgers om zich opnieuw op te richten.
“Het stuk dat Valentin van kop reed, was helaas tegenwind. Daar hebben Tadej en Jonas slim gebruik van gemaakt,” vertelde hij na afloop. “Ik heb me daarna nog eens herpakt en ben op het vals plat in de laatste 800 meter vol gegaan. Ze lieten me meteen een gaatje. Dan blijf je natuurlijk rijden.”
“Geen topweek, maar zeker ook geen ramp”
Voor Evenepoel was het een Dauphiné met horten en stoten. Een val, pollenallergie en twee mindere dagen bergop maakten het lastig om zijn klassementsambities waar te maken. Maar de slotdag bracht duidelijk verbetering. “Vandaag was het alweer beter,” aldus Evenepoel. “Maar de twee beste klimmers van het moment konden wegrijden. Dat is gewoon zoals het is.”
De vijfde plaats van de rit gaf hem dan ook een mentale opsteker richting de Tour de France. “Ik mag de impact van mijn val en de pollenallergie niet onderschatten,” herhaalde hij. “Dat speelt toch mee, en ik ben zeker twee dagen niet op 100% geweest.”
Toch kijkt de Belgische kopman met enige tevredenheid terug op zijn week in Frankrijk. “Het was geen topweek, maar ook zeker geen ramp. Ik kon op het einde toch nog vechten, en dat is goed voor het vertrouwen. Nu vooral rustig blijven en doorwerken. De Tour komt snel dichterbij.”