Mats Buelinckx
De lonen in het wielrennen blijven maar stijgen. Volgens een onderzoek van het Italiaanse Gazzetta dello Sport zouden zowel het gemiddelde loon van de coureurs als de absolute recordsalarissen van wereldtoppers de laatste vier jaar zijn toegenomen. Maar over welke bedragen spreken we dan?
Volgens La Gazzetta dello Sport spant Tadej Pogacar nog steeds de kroon als het gaat om z'n loon. De tweevoudige Tourwinnaar strijkt elk jaar zo'n 6 miljoen euro op bij UAE Team Emirates, waar hij nog onder contract ligt tot 2027. Pogacar proberen weghalen voor dat contract ten einde is? Dan zal je 100 miljoen euro moeten neertellen.
Gemiddelde
Ook het gemiddelde loon van renners in de WorldTour blijft toenemen. In 2021 spraken we nog van 373 000 euro. Dat werd in de jaren daarna 403 000 euro (2022) over 435 000 euro (2023) naar 449 000 euro (2024). Een stijging van meer dan 20% over de afgelopen vier jaar.
“Meer en meer teams willen toprenners vastleggen voor de lange duur. Het gaat om vraag en aanbod. Ploegen leveren een gevecht voor de beste renners, die schaars zijn”, legt een anonieme manager uit. “Sommige ploegen hebben twee toprenners, andere zelfs drie. Tegenwoordig praat je over bedragen die we enkele jaren geleden niet zagen."
Er moet wel meteen een kanttekening gemaakt worden bij de gemiddelde lonen, want de toprenners trekken dat getal stevig naar boven. “Een kleine groep van renners die in de hoogste looncategorie zit, trekt het gemiddelde fel omhoog. Beter is het om over het mediaanloon te spreken.”
Top tien best betaalde renners
1. Pogacar (UAE) 6 miljoen euro
2. Pidcock (Ineos) 4 miljoen
3. Thomas (Ineos) 3,5 miljoen
4. Bernal (Ineos) 3 miljoen
5. Roglic (BORA) 2,9 miljoen
6. Vingegaard (Visma) 2,5 miljoen
7. Alaphilippe (Soudal) 2,3 miljoen
8. Van Aert (Visma) 2 miljoen
9. Van der Poel (Alpecin) 2 miljoen
10. Evenepoel (Soudal) 2 miljoen
