Thymen Arensman kijkt terug op zijn beste seizoen tot nu toe. Twee ritzeges in de Tour de France maakten hem een van de Nederlandse revelaties van 2025, maar opvallend genoeg ziet hij die niet als zijn absolute hoogtepunt. “Mijn derde plek in Parijs–Nice is de mooiste prestatie van het jaar,” vertelt hij in Helden Magazine.
Meer dan een uitslag
Voor de 25-jarige renner van INEOS Grenadiers betekende Parijs–Nice meer dan alleen een podiumplek. “Mijn coach en ik weten wat erachter zit,” legt hij uit. “Mensen zien alleen een uitslag of een podiumfoto, maar niet de maanden van twijfel, training en kleine stappen. Dat proces is waar ik het meest trots op ben.”

De renner, die in maart al indruk maakte met zijn regelmaat in de Franse rittenkoers, bouwde sindsdien gestaag aan zijn vorm. In de Tour of the Alps won hij een etappe en werd hij tweede in het eindklassement. En in juli volgden de hoogtepunten die iedereen zag: twee spectaculaire etappezeges in de Tour de France — in Luchon–Superbagnères en op La Plagne.
De kracht van eenvoud
Toch draait het voor Arensman inmiddels niet meer om roem of statistieken. Hij heeft zijn manier van denken radicaal veranderd. “Ik heb geleerd om te geven wat ik heb, de uitkomst te accepteren en vooruit te kijken,” zegt hij. “Dat is de manier waarop ik nu koers. Wielrennen is een bijzaak — een belangrijke, dat wel — maar als je het het middelpunt van je leven maakt, raak je in conflict met jezelf.”

Zijn woorden verraden rust en volwassenheid. Voor een renner die jarenlang vocht met verwachtingen en zelfkritiek, lijkt de omslag eindelijk te werken. Parijs–Nice was voor Arensman geen toevalstreffer, maar het bewijs dat hij zijn balans heeft gevonden — tussen ambitie en aanvaarding, tussen willen winnen en kunnen genieten.
LEES OOK: Van Aert 'verraden': Nederlander opnieuw de klokkenluider
WN Redactie